dinsdag 30 mei 2023

Parkendecreet op weg naar goedkeuring

Parkendecreet op weg naar goedkeuring



Al wekenlang gaan de debatten over de erkenning van Vlaamse parken.
Het ontwerpdecreet over de Vlaamse parken en een reeks aanvullende amendementen zijn eindelijk gisteren in de Commissie Leefmilieu goedgekeurd. 
De commissie Leefmilieu van het Vlaams Parlement heeft dus gisteren het licht op groen gezet voor het zogenaamde parkendecreet.
Dat is de uitwerking van de belofte uit het regeerakkoord om tijdens de legislatuur vier Nationale en drie Landschapsparken op te richten.



Sinds 2021 konden gebiedscoalities van lokale besturen, natuurbeheerders en eigenaars in een erkenningstraject stappen tot deze Vlaamse parken.
Meer dan aan de landschapsparken zijn vooral aan de Nationale parken bijkomende voorwaarden gekoppeld.
Een gebied moet minstens 5.000 hectare groot zijn.
Over 24 jaar moet die oppervlakte verdubbeld zijn naar 10.000 hectare, waarvan 75 procent hoogwaardige natuur.




Dat de zoektocht naar parken al deze tijd bezig is zonder de uitwerking van een juridisch kader, leidde tot wrevel.
De meerderheid kwam dinsdag met een reeks amendementen die de juridische implicaties nog meer naar nul zouden herleiden.
Dat die amendementen van de meerderheid pas met veel vertraging klaar waren, tekent het hobbelige parcours.
Het project Kalmthout bijvoorbeeld kreeg hierdoor te weinig kansen om van onderuit te groeien, zodat gemeentebesturen zich noodgedwongen niet achter het Nationaal park hebben geschaard.
Vandaag is de deadline voor indiening van deze parken, maar over het geheel van het decreet wordt pas woensdag na de plenaire zitting gestemd.
Het wettelijk kader is dus nog steeds niet finaal afgeklopt.
Dat had wellicht beter gekund en dan wel in omgekeerde richting.
Daarom zijn we kritisch over het gevolgde traject en vinden we dat uitstel hier wel op zijn plaats kan zijn.




Om de Vlaamse parken in Vlaanderen uitgerold te krijgen, zal er volgens de landbouwers en sommige gemeentebesturen een geleidelijk proces van dialoog, begrip en vertrouwen nodig zijn.
We kunnen dat doen, maar veel tijd is er niet en het mag niet de bedoeling zijn om afstel te bekomen.
Want de  biodiversiteit smeekt dringend naar oplossingen en ruimte en we voelen nu reeds de hete adem van Europa.
Hier moeten ook deadlines worden vooropgesteld.
De reden is duidelijk,
het gaat namelijk niet goed met die biodiversiteit in Vlaanderen, ook wereldwijd.
Dat is een groter probleem dan veel mensen vermoeden.
De Verenigde Naties erkennen het biodiversiteitsverlies als één van de grootste bedreigingen
naast de klimaatopwarming.
De Vlaamse parken zijn een zachte manier om hier tijdens 25 jaar aan te werken..




Dieren en planten hebben minder plek door isolering en versnippering.
Insecten verdwijnen in sneltempo, waardoor veel vogels, amfibieën en kleine zoogdieren hun voedselvoorraad zien slinken en ook bedreigd raken.
Waardoor op hun beurt ook grotere zoogdieren moeilijker voedsel vinden.
Verschillende soorten vervullen belangrijke functies binnen ecosystemen.
Bacteriën en andere levende organismen breken organisch materiaal af tot voedingsstoffen die zorgen voor een gezonde bodem voor planten om in te groeien.
Bestuivers zijn essentieel voor de voortplanting van planten, die garant staat voor onze voedselvoorziening.
Planten en oceanen zijn belangrijke koolstofputten.
De watercyclus is erg afhankelijk van levende organismen.
Kort gezegd, biodiversiteit zorgt voor schone lucht, zuiver water, een goede kwaliteit van de bodem en de bestuiving van gewassen.




In haar visie ‘Overal Natuur’ omschrijft de Vlaamse Regering heel duidelijk dat we een ruimer biodiversiteitsbeleid moeten voeren dat zich niet enkel moet richt op de kroonjuwelen.
En dat gaat dus veel verder dan enkel focussen op de realisatie van enkele Nationale parken.

Daarom stelt GroenRand een derde parktype voor waar natuurkernen kleiner mogen zijn dan 10.000 ha.
Waar er nieuwe gebiedscoalities ontstaan waar groenblauwe verbindingen tot stand komen.
Waar boeren, grondeigenaars, industrie en natuurverdedigers samen aan werken.
Een beleid dat biodiversiteitsverlies een halt wil toeroepen, kijkt verder dan de beschermde natuurgebieden en werkt aan meer ruimte voor biodiversiteit, aan het verbinden van leefgebieden van soorten en het verkleinen van de invloed van externe milieudrukken.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten