donderdag 31 augustus 2023

GroenRand: 'natuur en landbouw zijn elkaars bondgenoten'

GroenRand: 'natuur en landbouw zijn elkaars bondgenoten'.



Kleine landschapselementen, zoals hagen, houtkanten, bomenrijen en poelen, vormen groene verbindingen in het landbouwlandschap.
Heel wat diersoorten gebruiken deze corridors om zich veilig te verplaatsen.
Ze vinden er voedsel, een schuilplaats en nestgelegenheid.




Maar ook voor de landbouwer zijn kleine landschapselementen nuttig.
Hagen en houtkanten zijn immers ook de thuisbasis van talrijke bestuivende insecten en plaagbestrijders.
Ze fungeren als groenscherm en beschermen gewassen tegen hevige wind of zorgen voor schaduw voor het vee.



De wortels van de bomen en struiken verankeren de bodem en gaan zo erosie tegen. Daarnaast zorgen deze voor een betere infiltratie van regenwater, zeker bij grote hoeveelheden neerslag.
Kleine landschapselementen maken de landbouw weerbaarder tegen klimaatverandering. En niet onbelangrijk: ze verhogen de belevingswaarde van het landbouwlandschap voor toeristen en recreanten.
Er bestaan heel wat subsidies die de win-win tussen natuur en landbouw versterken. In deze brochure vind je hiervan een overzicht: 

https://www.vlm.be/nl/SiteCollectionDocuments/Beheerovereenkomsten/overzichtsfolder%20web%20spread.pdf


woensdag 30 augustus 2023

Onderzoek Ecologische verbinding Klein en Groot Schietveld

 

Onderzoek Ecologische verbinding Klein en Groot Schietveld




De Antitankgracht is de drager van een robuuste bosstructuur langs vrijwel de volledige regio.
Langs de gracht zijn zeer waardevolle bos- en heidecomplexen gelegen, zoals het Ertbrandbos/Mastenbos, de oude gracht Brasschaat en het Klein en Groot Schietveld.




De Antitankgracht heeft zo een belangrijke potentie om een verbindende structuur te vormen voor de drie grote heidecomplexen in de regio: het Grenspark Kalmthoutse heide, en het Klein en Groot Schietveld (allen tevens beschermd als gebieden van de Habitat- en Vogelrichtlijn).




Voornaamste knelpunten voor de ecologie van de klimaatgordel hier zijn de versnippering van de bosstructuur door kruisende steenwegen, met ook een risico op aanrijding voor kwetsbare soorten.
De ecologische doorwaadbaarheid van woonkernen en woonparken is een te 
onderzoeken aandachtspunt.



Het 

Klein en Groot Schietveld 

zo snel mogelijk met elkaar te verbinden, is een belangrijke doelstelling van GroenRand.
Het Groot Schietveld, Klein Schietveld en de Kalmthoutse Heide zijn belangrijke restanten van het oorspronkelijke Kempense heidelandschap.
In verschillende structuurplannen en adviezen wordt geopteerd dat deze uitgestrekte restanten met elkaar moeten worden verbonden.
Een hoge verkavelingsdruk heeft ervoor gezorgd dat er nog maar enkele openingen zijn.
Die openingen zijn wel essentieel wil men infrastructuur aanleggen ten voordele van migrerende diersoorten. 
Zij hebben een doorlopende route nodig.
Het Klein en Groot Schietveld zijn twee uitzonderlijk grote natuurgebieden die deel uitmaken van de groene (klimaat)gordel ten noorden van de stad Antwerpen.
Het Klein en het Groot Schietveld zijn militaire domeinen.
De militaire overheid is dan ook de belangrijkste gebruiker van het terrein.
In de Schietvelden vinden we enkele van de best bewaarde stukken natte heide in Vlaanderen, belangrijk voor het voortbestaan van typische heidesoorten als heideblauwtje en adder.

De Schietvelden zijn nabij elkaar gelegen, maar worden momenteel van elkaar gescheiden door dwarsende verkeersinfrastructuren (Essensteenweg, Bredabaan en lokale wegen), woongebied, recreatiegebied, industriegebied en (andere vormen van) bos en natuur.
Nochtans behoren de Schietvelden beide tot het Natura 2000-netwerk en bevatten ze beide zeer zeldzame habitats, cruciaal voor de instandhoudingsdoelstellingen van diverse soorten.




De potentiële meerwaarde van een verbinding tussen beide gebieden is bijgevolg groot.
De prioritaire uitwerking van deze actie is specifiek gekozen omwille van de urgentie.
Na overleg met lokale besturen en andere betrokken actoren binnen het complex project, is gebleken dat het tussenliggende gebied onder druk staat van bijkomende bebouwing.
Een aantal beschermde soorten binnen de Schietvelden staan daarnaast onder toenemende druk van klimaatverandering, waarbij de recente droogte een teken aan de wand is.

Deze studie kadert binnen het complex project Nieuwe Rand (www.denieuwerand.be), meer bepaald het gebiedsprogramma Klimaatgordel.
Eén enkele ecologische verbinding tussen 2 natuurgebieden van dergelijke omvang en met zulke zwaarwegende natuurdoelen is uiteraard het absolute minimum (dat nu niet gehaald wordt), hoe meer mogelijkheden er geboden worden hoe beter de ecologische efficiëntie zal zijn.
Ook kleinschalige maatregelen - zoals ecotunnels- zijn daarbij van belang.




Sensibilisering rond de realisatie van een ecologische verbinding is nodig om het nut en de noodzaak ervan te duiden aan de omwonenden, en tegelijkertijd te sensibiliseren op algemene maatregelen die de doorwaadbaarheid van het landschap voor fauna kunnen verbeteren (bv beheer van rododendron, vermijden/ aanpassen van verlichting, faunavriendelijke omheiningen enz.).
Binnen de verbindingszones is landschappelijke omvorming naar de gewenste biotopen voor de doelsoorten noodzakelijk.
Dit vereist inrichting en beheer.
Waar dit op private gronden dient te gebeuren dient hiervoor de nodige ondersteuning (inhoudelijk en financieel) voorzien te worden.
De Nieuwe Rand maakt momenteel een plan van aanpak op om de conclusies van de studie verder in uitvoering te brengen.



Paddenstoelen van a tot z in GroenRand: 'A'

Paddenstoelen van a tot z in GroenRand 

                                                                                                          © Wies Vissenberg

Paddenstoelen kun je het hele jaar door vinden, maar in de herfst beleven ze hun absolute hoogtepunt.
Ze komen er weer aan, we naderen september!
Een paddenstoel is niet zo maar een los organisme dat op een dag besluit te gaan groeien.
Het is slechts een onderdeel, een schimmel, om precies te zijn. Complete netwerken van schimmeldraden lopen door de grond.
Wat we zien, is de ‘vrucht’ van dat hele dradennetwerk;
De ene dag zie je nog niks, de volgende dag kan er al een joekel van een paddenstoel staan.
Hoe kan dat zo snel? Dat heeft te maken met de manier waarop paddenstoelen groeien.
Dat gaat niet zoals bij planten via celdeling.
De cellen in een schimmel zuigen zich helemaal vol met het water dat in de herfst vaak in overvloed beschikbaar is.
Dat gaat supersnel.
Als het hard geregend heeft, schieten ze soms dus letterlijk uit de grond. Vandaar de uitspraak: ‘Als paddenstoelen uit de grond schieten’.



We starten deze maand een reeks over zwammen van a tot z en beginnen met de letter 'a': de Amethistzwam.
De paddenstoel komt algemeen voor in GroenRand, is klein van stuk en familie van de fopzwammen.
Fopzwammen herken je aan de lamellen die ver uit elkaar staan.



De amethistzwam heeft zo’n bijzondere kleur.
De naam “amesthystina” betekent violetkleurig.
De genusnaam betekent gelakt of gekleurd. Zijn naam dankt hij dan ook waarschijnlijk aan de kwarts Amethist die eenzelfde kleur heeft als de paddenstoel.
De hoed kan een diameter hebben van 1 cm tot 5 cm. 

Foto's: Frank Vermeiren - lid van GroenRand

dinsdag 29 augustus 2023

Comeback van de boommarter in GroenRand

 

Comeback van de boommarter in GroenRand

 

Kenmerken

Gele keelvlek, soms ook (geel)wit of oranje. 
Spitse kop met vrij grote, levendige ogen. 
Vrij grote, licht afgeronde oren. 
Poten en snuit meestal donkerder dan de rood- tot grijsbruine vacht. 
Slank gebouwd, ongeveer zo groot als een kat. 
Krachtige, korte poten, de achterste langer dan de voorste. 
Bruine pels en pluimstaart. ​
De boommarter is qua formaat gelijk aan een huiskat maar met veel kortere poten.
De sterk behaarde, volle pluimstaart neemt bijna een derde van zijn totale lengte in beslag.
Lengte kop-romp: 40 - 53 cm
Lengte staart: 23 - 28 cm
Gewicht: 0,9 - 2,0 kg
Wijfjes zijn tot anderhalve keer kleiner en lichter dan mannetjes.


De boommarter is een liefhebber van onze gevarieerde GroenRand-bossen met veel ondergroei en heeft een sterke voorkeur voor oude bossen.

Holle bomen met spechtengaten moeten behouden worden in de bossen, dit met het oog op nestgelegenheid voor de boommarter.
Boommarters verlaten het bos echter ook, en kunnen evengoed leven in open gebieden met kleinere bosjes en kleine landschapselementen met voldoende dekking, mits er grotere boscomplexen op de achtergrond aanwezig zijn.



De boommarter draagt de status ‘met uitsterven bedreigd’ op de Vlaamse Rode Lijst.
Er is geen totaalbeeld over de verspreiding.
Onderzoek naar die status van boommarters is gewenst.



Toevallige (zicht-)waarnemingen, cameravallen, uitwerpselen en ingezamelde verkeersslachtoffers geven aan dat de boommarter aanwezig is in de Voorkempen.



Om in het Antitankgracht-gebied binnen een korte tijd, zo veel mogelijk informatie te vergaren over de boommarterstand, is het gebruik van cameravallen de meest succesvolle methode.
Met cameravallen kunnen ‘schuchtere’ dieren (nagenoeg) ongestoord in hun eigen habitat geobserveerd worden: 
https://youtu.be/bweRvKBW0v4 .



​Door het in detail bestuderen van de keelvlekken is het mogelijk om individuen te herkennen en krijgt men zicht over het aantal en de verspreiding. 
Gedurende één nacht kunnen deze dieren wel 10 km afleggen.
Het wegverkeer (versnippering) vormt dan ook een zeer grote bedreiging.
Jaarlijks wordt naar schatting circa 15% van de populatie doodgereden.
Daarbij gaat het meestal om jonge mannetjes die wegtrekken om zich in een nieuw, eigen territorium te vestigen.
Zogenaamde boombruggen over wegen kunnen voor boommarters een erg goede oplossing bieden bij verplaatsing van het éne (deel-)gebied naar het andere over autowegen heen.
Al verplaatst de boommarter zich bij voorkeur via takken tussen (deel-)gebieden.
Ook amfibieëntunnels worden daarvoor soms gebruikt.



Dankzij de ontwikkeling van ecologische verbindingszones en een natuurlijker beheer van bossen kan de boommarter weer in aantal toenemen, maar de regio Voorkempen is sterk versnipperd, door drukke wegen, spoorlijnen, verkavelingen, ...
Veel dieren hebben het daarom lastig om van het ene groengebied naar het andere groengebied te trekken.



Dat is nochtans belangrijk om uitwisseling tussen populaties van verschillende diersoorten mogelijk te maken en de genetische diversiteit te verzekeren. 
Kleine of versnipperde bosgebieden en een hoge verkeerssterfte zijn de belangrijkste knelpunten voor de boommarter. 
Planning en uitvoering van mitigerende maatregelen, specifiek voor de boommarter, zijn er momenteel nauwelijks.



Uit een recent onderzoek door studente Lotte Gielis van de Universiteit van Antwerpen, is gebleken dat boommarter gebruik maken van amfibieëntunnels.



Deze vaststelling is voor onze regio zeer interessant, want via het soortenbeschermingsprogramma otter zullen er wellicht ecotunnels worden aangelegd.
In 2022 bracht GroenRand de boommarter in het vizier.



Onze vereniging wilde bekijken of er extra ontsnipperende maatregelen nodig waren die bovenop de maatregelen kunnen komen op paraplusoort otter.



Tijdens de jaarlijkse provinciale ANKONA-ontmoetingsdagen was er een thema-avond over monitoring van de boommarter.




Om de boommarter beter in kaart brengen kreeg natuurpunt (september 2022) daarvoor 20.000 euro van de provincie.
Met behulp van gps-toestellen zou natuurpunt kijken hoe boommarters zich door het landschap verplaatsen.

                                                                                  ©Lotte Gielies: boommarters maken gebruik van ecotunnels             


Zo kan gezien worden waar en hoe ze wegen oversteken en nesten bouwen.
Eventueel kunnen er aanpassingen en aanvullingen worden aangebracht aan het werkschema van het soortenbeschermingsprogramma otter zodat er ingespeeld kan worden aan de noden van de boommarter.


De boommarter is duidelijk aan een comeback bezig in de GroenRand-contreien.
Bosrijke verbindingen en ontsnipperende maatregelen zijn van levensbelang voor boommarters, net als een natuurlijk bosbeheer met veel variatie en oude en dode bomen.
Dankzij dergelijk beheer kunnen we de boommarter in het Antitankgracht-gebied verwelkomen.
In zo goed als alle bossen langs de Antitankgracht komt de boommarter voor. 
De dieren zitten nu voornamelijk ten noorden van Antwerpen in gemeenten zoals Schoten, Schilde, Ranst, Brasschaat, Wuustwezel en Kalmthout.
Het eindrapport zal pas volgende zomer naar de provincie gaan, we houden jullie op de hoogte.

Foto's: Boommarter (Martes martes) © ​Karel De Blick - lid van GroenRand





De nood voor een spons in ons Vlaams waterlandschap

 

De nood voor een spons in ons Vlaams waterlandschap.


                                                                                           ©Leo Vaes

Soms is het een hele lange tijd te nat en soms is het te droog.
Dit is een nieuw fenomeen van de klimaatverandering waar mee moeten leren omgaan.
GroenRand wil land- en tuinbouwers stimuleren om regenwater plaatselijk op te vangen.
Het doel van dit project: water conserveren met regelbare stuwen in de grachten rond hun percelen.
Die barrières houden het water tegen zodat het de kans krijgt om in de bodem te infiltreren. 

Een beleid dat focust op drainage via een grachten- en bekenstelsel en klassieke drainagesystemen is verleden tijd.
Water afvoeren als het te nat wordt vóór bodembewerking of oogst, en zo veel mogelijk water ophouden wanneer het te droog is, is een beter idee.
Als oplossing om ons watersysteem veerkrachtiger te maken, stellen Prof. dr. Jan Staes en Dr. Vincent Bellinkx  voor om het huidige afvoersysteem te transformeren tot een sponsachtig systeem.
Dit kan worden bereikt door combinaties van stuwen, infiltratie- en waterdrempels te bouwen in de haarvaten van ons watersysteem: de kleine grachten en waterloopjes.
Daar kunnen we in periodes van regenoverschot (de natte maanden) meer tijd geven aan het water om in de grond te sijpelen en dus het dieper gelegen grondwater aan te vullen, wat resulteert in een toename van waterreserves.
Daarnaast vertragen deze maatregelen ook de afvoer van water, wat zorgt voor een langere lokale waterbeschikbaarheid aan de oppervlakte in de regio waar ze worden geplaatst en helpt het bij het voorkomen van overstromingen stroomafwaarts.
Natuurpunt en Algemeen Boerensyndicaat (ABS) hebben de voorbije twee jaren samengewerkt om landbouw en natuur dichter bij mekaar te brengen, weg van de polarisatie.

Zoals de bevers en hun dammen

                                                                                                         ©Ben Hellebaut

Stuwen en aanverwante ingrepen kunnen een oplossing bieden.
De vraag is dan waar en hoe deze stuwen gebouwd moeten worden.
Zoals bevers hun dammen steeds strategisch op de juiste plek bouwen voor maximale impact, moet het type stuw ook worden afgestemd op de locatie waar het wordt gezet.

                                                                                                              ©Ben Hellebaut

Ten eerste is de plek in het watersysteem, bovenstrooms op de heuvel of benedenstrooms in de vallei belangrijk.
Water bovenstrooms ophouden en infiltreren heeft bijvoorbeeld een groter effect op het volume dat kan infiltreren naar het grondwater en het waterpeil van de waterlopen in het hele watersysteem tot de monding.
Ten tweede bepaalt het grondtype ook hoe sterk we het water kunnen en willen bijhouden of infiltreren: zand draineert snel, leem en klei heel traag.
Een landbouwer op dichte leemgrond zal eerder willen draineren, een op zandgrond zal meestal het water op het perceel willen bijhouden. 

                                                                                                             ©RLDV

Uit vele voorbeelden in het buitenland leren we dat maatregelen die gericht zijn op efficiëntere irrigatie, zelden of nooit leiden tot meer waterbeschikbaarheid voor de rivieren zelf.
Op zich is er niets mis mee om ervoor te zorgen dat er méér gewassen gebruik kunnen maken van het beschikbare water, maar het zorgt er dus niet voor dat er méér water in onze rivieren geraakt.
Men kan zich dan ook de vraag stellen of men daar dan zwaar op moet inzetten.

Het is belangrijk dat voorgestelde maatregelen bijdragen aan biodiversiteitsbescherming en het handhaven van minimale debieten in waterlopen en natuurgebieden op lange termijn, maar ook in evenwicht zijn met andere doelen zoals het voorzien van water- en droogtenoden voor landbouw, drinkwater en grondwateraanvulling.

Voor elk plekje een stuw

Stuwen op infiltratiegrachten bovenstrooms (grachten waar het grondwater onder het peil van de bodem van de gracht ligt) kunnen effectief zijn om water te laten infiltreren en grondwater aan te vullen.
Het plaatsen van stuwen op drainagegrachten (grachten waar het grondwater boven de bodem van de gracht ligt) kan helpen bij het vasthouden van water en het verminderen van afvoer (van grondwater) in regenrijke periodes.
Peilgestuurde drainage is dan weer geschikt voor vlakke landbouwpercelen die momenteel worden ontwaterd met traditionele drainagebuizen.
Door het waterpeil hoog te houden, kan meer water in de bodem worden vastgehouden terwijl overtollig water toch kan worden afgevoerd tijdens natte perioden.
Om de juiste wateringreep te doen op de juiste plaats, is het cruciaal om lokale opvolging te doen van waterpeilen, zowel van het grondwater als oppervlaktewater.

                                                                                                           ©RLDV


We kunnen dus besluiten dat een sponsachtig watersysteem cruciaal is om duurzaam waterbeheer in Vlaanderen te bevorderen.
Door middel van doordachte implementatie van blauwgroene maatregelen zoals stuwen kunnen we biodiversiteit beschermen, waterbeschikbaarheid verbeteren en zowel overstromingen als watertekorten tegengaan.
Een holistische (water)systeemaanpak met oog voor ecologie en menselijke behoeften zal de sleutel zijn tot een veerkrachtig watersysteem.

Meer info: 
 
Blue Deal praktijkgids monitoring

Bron: eigen redactie en Natuurpunt


zaterdag 26 augustus 2023

Gebiedsdeal droogte Antitankgracht

Gebiedsdeal droogte Antitankgracht



Ontharding is een hot topic bij de lokale besturen.
Iedere gemeente is op zoek naar financiële middelen om dit probleem aan te pakken.
Vlaanderen heeft die boodschap goed begrepen en lanceert daarom de oproep ‘Lokale Gebiedsdeals Droogte 2'.


Een Lokale Gebiedsdeal is een ambitieus project dat mikt op samenwerking tussen minstens drie lokale besturen.
Een uitgelezen kans dus op intergemeentelijke samenwerking.
Slechts 5 projecten komen in aanmerking.
Daartegenover staat dat er een budget van maximaal 5 miljoen euro voorzien is.
Met een hoog subsidiepercentage van 75% en een bedrag van 1 tot 2 miljoen euro per Lokale Gebiedsdeal Droogte is het zeker de moeite waard om de krachten te bundelen en een project in te dienen.



De gebiedscoalitie moet uiterlijk op 15 september 2023 de aanvraag Lokale gebiedsdeal droogte 2 indienen.
Met deze deal wil Vlaanderen meer complexe lokale projecten voor groenblauwe dooradering, ontharding, waterinfiltratie en natte natuur volop kansen geven binnen haar
ruimtelijke processen.
De doelgroep van de oproep Lokale Gebiedsdeals zijn de samenwerkingsverbanden die vandaag reeds bestaan.
Voor Antitankgracht is zo'n partnerschap lopende.
Er wordt intensief samengewerkt met de stuurgroep Antitankgracht onder regie van de provincie Antwerpen en het Regionaal Landschap de Voorkempen dat het mandaat heeft om de dagelijkse werking en de uitvoering van het projectplan Antitankgracht op zich te nemen.
GroenRand is een draagvlakvereniging die de doelstellingen van deze stuurgroep tracht te ondersteunen en vanuit burgers een terugkoppeling en respons tracht te geven.




De Antitankgracht is de drager van een robuust groenblauw netwerk langs vrijwel de volledige regio.
De gracht vormt een verbindende structuur voor natte natuur en kruist meerdere beekvalleien en eindigt in waardevolle wetlands.
Zo’n netwerk komt de klimaatrobuustheid ten goede omdat er heel wat potentieel aanwezig is voor waterbuffering en -infiltratie.
Zo zouden de middelen van deze gebiedsdeal op een efficiënte manier ingezet kunnen worden voor droogtemaatregelen en ingrepen op het watersysteem en kan deze huidige samenwerking versterkt worden door de realisatie van hefboomprojecten in het gebied.
De nieuwe Rand heeft deze gebiedsdeal naar zich toegetrokken en een dossier voorbereid met SWECO.
Binnenkort zal de Nieuwe Rand kenbaar maken welke projecten deel zullen uitmaken van de aanvraag.

dinsdag 22 augustus 2023

Kaartse Beek: meer ruimte voor water creëren

Kaartse Beek: meer ruimte voor water creëren



Officieel heet de beek Schoon Schijn, maar de meesten kennen haar als de Kaartse Beek.
De Kaartse Beek kronkelt mooi doorheen landbouwgebied, maar op de grens tussen Kapellen en Brasschaat is ze sterk ingeperkt door muurtjes en tuinen.
Om de wateroverlast voor de woonwijken te beperken steekt het provinciebestuur ze nu in een ruimer jasje, zodat water en zeldzame natuur terug vrij spel krijgt.
Als dit alles gerealiseerd is, wordt de waterloop een volwaardige ecologische verbinding met de Antitankgracht.





Er wordt hierbij rekening gehouden met de ecologische, landschappelijke en recreatieve functies die een valleigebied kan vervullen.
De vallei van de Kaartse Beek stroomopwaarts van de Jagersdreef-Fabriekstraat is een landschappelijk waardevol open ruimtegebied.
Om dit gebied zo goed mogelijk te beheren en te ontwikkelen, werd er een masterplan opgemaakt.
Dat werd gedaan in overleg met de gemeenten Kapellen en Brasschaat, het Agentschap voor Natuur en Bos en zorgboerderij de Meander.




Samen werd gezocht naar een multifunctionele invulling voor de gronden in eigendom van de provincie, ANB en de betrokken gemeenten.
In 2019 werd het masterplan gefinaliseerd.
Het eindresultaat was een integraal inrichtingsvoorstel.
Hierin werden maatregelen opgenomen op vlak van waterbeheer, landschapsherstel, natuurontwikkeling en recreatie.
Vertrekkend vanuit het masterplan werd een technisch ontwerp opgemaakt.
Vervolgens werd het dossier verder uitgewerkt en in 2022 werd de omgevingsvergunning verkregen.



De laatste inrichtingswerken starten eind augustus of begin september.
Vier maanden later, eind 2023 of begin 2024, zou alles klaar moeten zijn.




Er werd hard gewerkt

Binnen het projectgebied worden de oeverwallen afgraven.
De beek krijgt tevens flauwe oevers.
Zo wordt gezorgd voor extra ruimte voor water in de waterloop en een geleidelijke overgang van de waterloop naar de vallei.
Enkele percelen zullen bovendien beperkt afgraven worden.
Bij hoge afvoeren heeft de beek zo extra buffermogelijkheden.
Aan de kant van Brasschaat wordt het oorspronkelijke grachtenstelsel hersteld en worden brede, ondiepe greppels aangelegd.
Zo kan hier sneller water instromen als de beek veel water te verwerken krijgt.
Tussen oktober 2022 en begin 2023 werkte de provincie aan de heraanleg van de Kaartse Beek stroomafwaarts van de Jagersdreef-Fabriekstraat.
Daar zat een sluisje op de waterloop met aansluitend een zeer lange inbuizing.
Het sluisje werd lang geleden geplaatst om een aanpalende vijver te kunnen voeden.
Het systeem was echter reeds jaren in onbruik.



Een camera-inspectie toonde aan dat de inbuizing plaatselijk in slechte staat was.
Er moesten hier dan ook regelmatig verstoppingen doorgespoten worden.
Stroomafwaarts van de Kapelsesteenweg, op de grens tussen Ekeren en Kapellen, werd de waterloop in de jaren ’70 ingebuisd.
De provincie maakte gebruik van de afbraak en herbouw van de daar aanwezige supermarkt om de waterloop terug in een open bedding te leggen.
Hierdoor kan de waterloop meer water verwerken en bufferen.
Bovendien is de beek nu vlot bereikbaar voor onderhoud en bij noodgevallen.
De werken aan de waterloop waren eind 2019 afgerond.

Ademruimte voor de beek




Aan de Zwemdoklei in Brasschaat heeft de dienst Integraal Waterbeleid eind 2018 de groenzone tussen de beek en het voetbalterrein van Mariaburg opnieuw ingericht.
Door de aanleg van flauwe oevers en plas-dras zones kan de beek ter plaatse meer water vasthouden.
Oeververstevigingen, die in slechte staat waren, zijn verwijderd en vervangen door nieuwe, meer duurzame materialen.

Herstellen natuurlijke oevers tussen Hoogboomsteenweg en Hoogstraat


Tussen de Hoogboomsesteenweg en de Hoogstraat in Brasschaat  worden de natuurlijke oevers 
hersteld.
Jaren geleden plaatste lokaal bestuur Brasschaat hier over een traject van ruim 500 meter een houten beschoeiing in de waterloop.
De nodige vergunningen daarvoor ontbraken echter.
De provincie heeft in dit dossier bemiddeld en in het voorjaar van 2018 werd de beschoeiing volledig verwijderd en de oevers schuiner gemaakt.
Tegelijk werden twee oude stuwen ontmanteld, zodat de vissen hier weer vlot kunnen passeren.


Info en foto's: eigen redactie + provincie Antwerpen

GroenRand stelt met tevredenheid vast dat er een onderzoeksproject is gestart rond waterkwaliteit van de Antitankgracht

GroenRand stelt met tevredenheid vast dat er een onderzoeksproject is gestart rond waterkwaliteit van de Antitankgracht


Op meerdere plaatsen is de onderlaag van de Antitankgracht (ATG) zeer dik en verontreinigd met zware metalen, PAK’s en minerale oliën.



Door deze ATG-slibruimingen zou de doorstroming en de waterkwaliteit verbeteren en zou deze vervuilde laag verwijderd worden.
Waterplanten en vissen zouden hierdoor een duwtje in de rug krijgen.



Maar we constateerden een zeer trage aangroei (en op sommige plaatsen geen groei) van deze planten.
We vroegen daarom ons af hoe het zit met de huidige waterkwaliteit, het visbestand en de huidige polluenten in het visweefsel.
Hebben de ruimingen effecten gehad op de kwaliteitsfactor van het water?




De historische vervuiling van de onderwaterbodem van de ATG is -zoals op heel veel locaties in Vlaanderen- een ongunstig element.




Het verder uitvoeren van slibruimingen kan hieraan tegemoet komen, onder meer in relatie met de doelstelling om de Antitankgracht permanent watervoerend te houden en de aan het waterbiotoop gebonden biodiversiteit te optimaliseren.



GroenRand gaf de aanbeveling om deze werkzaamheden ecologisch en ecotoxicologisch van nabij op te volgen.
Bij slibruimingen kunnen immers ook tijdelijk toxische polluenten vrijkomen die negatief inwerken op de vitaliteit en fertiliteit van bijvoorbeeld otters.

                                                                                                                      Otter (Lutra lutra) © ​Yves Adams    


Willen we een correcte inschatting maken van de kansen van herstel voor otters in relatie tot de specifieke rol die de Antitankgracht daarin kan vervullen, dan zou er volgens GroenRand een actualisering moeten gebeuren van de meetwaarden.



Er is ondertussen, in het kader van het soortbeschermingsprogramma otter, door INBO een onderzoeksproject gestart rond polluenten in prooidieren.
GroenRand zal in het oog houden dat deze staalafname op verschillende locaties plaats zal vinden zodat we over een relevante doorlichting kunnen spreken.