dinsdag 5 september 2023

GroenRand kijkt uit naar het Natuurrapport 2023

GroenRand kijkt uit naar het Natuurrapport 2023


In het Natuurrapport 2023 onderzoekt het INBO samen met beleidsmakers en experten hoe het Vlaamse beleid tegen 2030 de doelen uit de
 Europese Green Deal en de bijbehorende Biodiversiteitsstrategie kan halen.



Welke barrières staan de beleidsuitvoering in de weg?
En via welke oplossingspaden kunnen we die drempels overwinnen?
Het #Natuurrapport2023 wordt gelanceerd op 18 september en gaat in op vier grote uitdagingen voor het Vlaamse beleid:

1) schade door droogte en overstromingen beperken,
2) een samenhangend natuurnetwerk creëren,
3) de leefbaarheid in steden verbeteren door natuurgebaseerde oplossingen
4) de klimaatverandering tegengaan.




Voor elk van deze uitdagingen maakte Anik Schneiders, onderzoeker bij het INBO en medewerker aan het Natuurrapport, een gedicht.
Ecoloog en oud-INBO’er Geert De Blust zorgde voor het artwork.




De biodiversiteit in Vlaanderen blijft achteruitgaan.
Onze natuurgebieden zijn klein, ruimtelijk geïsoleerd en liggen ingebed in een intensief gebruikt landschap.
Dat maakt deze gebieden extra kwetsbaar voor milieudrukken van buitenaf.



Bovendien zorgt versnippering voor een verlies aan soortenrijkdom, voor een vermindering van de genetische diversiteit en voor een verlies aan ecosysteemprocessen.
De klimaatverandering versterkt die effecten.



                                                                                                                    Levendbarende hagedis (Zootoca vivipara)         

Grotere, meer aaneengesloten natuurgebieden bieden meer kansen voor organismen en processen en helpen de natuur om zich aan te passen aan de klimaatverandering. 
Volgens GroenRand schuilt een belangrijke meerwaarde in het opstarten van samenwerkingsverbanden zodat er samenhangende natuurneetwerken worden gecreëerd. 




Daarin zitten de lokale gemeenschap en lokale actoren mee aan het stuur om waardevolle open ruimtegebieden en de daarin aanwezige topnatuur maximaal te beschermen, onder andere tegen de verstedelijkingsdruk waar het dagelijks door bedreigd wordt.




De ruimtebehoefte van de gebruikers van een landschap voor onder andere landbouw, wonen en natuur hoeft niet gepaard te gaan met conflict, maar kan opgelost worden door te zoeken naar synergie tussen deze ruimtegebruikers.
Er moet steeds gezocht worden naar win-winsituaties en de acties moeten voortkomen uit vrijwillige samenwerking, opportuniteiten en kansen.




De uitdaging is de bestaande landschapskwaliteit te behouden en te versterken en tegelijk de waarde van het landschap te verhogen.
Dit kan door inrichting en beheer van waardevolle landschapselementen, maar ook via maatregelen gericht op natuurlijke plaagbestrijding en bestuiving, en het verhogen van de biodiversiteit.

                                                                                                    ©Ben Hellebaut


Voor Natura 2000-soorten moet ook naar tussenliggende knelpunten gekeken worden (zoals bv. gebeurde in het Soortenbeschermingsplan Otter).
Een globaal visie en actieplan over ecologische verbindingen tussen de deelgebieden die reeds beschermd zijn, is een noodzaak.
Het Soortenbeschermingsplan Otter geeft een mooie en uitgewerkte aanzet voor dergelijk plan.




Het lijst de knelpunten en verbeteringsmogelijkheden op, en geeft aan welke knelpunten prioritair moeten worden aangepakt.
Hoewel de focus vooral op otter ligt, zijn de knelpunten ook voor tal van andere diersoorten relevant. 




Vlaanderen kreeg de voorbije jaren te kampen met droogte en overstromingen.
Onze hoge bevolkingsdichtheid, de verstedelijking en de sterk gewijzigde waterhuishouding maken Vlaanderen kwetsbaar voor waterschaarste en -overlast.
Toenemende weersextremen als gevolg van de klimaatverandering versterken de problemen.
De impact daarvan laat zich niet alleen voelen op economisch en maatschappelijk vlak, maar zet ook de biodiversiteit verder onder druk.
Ecosystemen vormen een belangrijk deel van de oplossing: ze houden bijvoorbeeld regenwater vast. 




Als we het watersysteem weer sturend wil maken voor het landschap, moeten we -volgens GroenRand- de beekvalleien weer leven inblazen.
De beekvalleien hebben hiervoor meer ruimte nodig.
Dit betekent concreet dat er groene en meer natuurlijke bufferzones moeten komen naast de oevers van de beken.
Op basis van historisch kaartmateriaal, archeologisch en landschappelijk onderzoek en vanuit draagvlak moet gewerkt worden aan een kwaliteitsvol beekdallandschap. 
Stedelijke vergroening en groenblauwe dooradering kunnen zorgen voor een uitbreiding van natuur binnen de stad en voor een betere verbinding ervan met de ruimere omgeving.
Dit vergroot niet alleen de draagkracht voor diverse soorten.




De uitdaging voor het beleid bestaat erin om een evenwicht te vinden tussen verdichting in bebouwde gebieden om de druk op de open ruimte te verminderen, en een weldoordachte inzet van natuurgebaseerde oplossingen om de leefbaarheid in steden te verbeteren.



Geen opmerkingen:

Een reactie posten