zaterdag 14 oktober 2023

Vlaamse parken, GroenRand zal zijdelings toch vruchten plukken

Vlaamse parken, GroenRand zal zijdelings toch vruchten plukken

De Vlaamse regering heeft gisteren in totaal negen Vlaamse parken erkend.
Het gaat om vier Nationale Parken en vijf Landschapsparken. Bij de Nationale Parken draait alles vooral rond natuur, bij de Landschapsparken rond natuur en mens, met aandacht voor recreatie en erfgoed. 



Geweldig nieuws voor de natuur in Vlaanderen: op vrijdag 13 oktober heeft de Vlaamse regering officieel de oprichting aangekondigd van drie nieuwe Nationale Parken in het noorden van het land.
De Scheldevallei, met haar unieke getijdennatuur rond de Schelde en haar bijrivieren, is er één van!
Daarvan zal  GroenRand 
zijdelings vruchten kunnen plukken.



In Vlaanderen kennen we sinds 2006 het Nationaal Park Hoge Kempen en in Wallonië werden vorig jaar twee Nationale Parken opgericht.
Nu komen er dus nog drie bij: Scheldevallei, Bosland en Brabantse Wouden.
De Scheldevallei was een van de vier nieuwe kandidaten voor de titel van Nationaal Park.
De Schelde vormt hier samen met de Rupel, de Durme en de Dender een uitgestrekt netwerk van rivieren.


                                                                        © svov          



Land en water zijn vervlochten door tal van slikken, schorren, meanders, beken, meersen en wielen.



De Scheldevallei herbergt een uitzonderlijke fauna en flora met spindotterbloemen, wilgenvloedbossen, otters, bevers, grutto’s, zeearenden, finten of meivissen en zo veel meer.
Maar deze uitzonderlijke soorten zullen via de Benedenschelde hun weg vinden richting Antitankgracht.

De otter is een paraplusoort

Om de otter terug te brengen moet je de water- en habitatkwaliteit verbeteren.
Daar vaart het hele gebied waar de soort leeft en foerageert wel bij. 
Vispopulaties doen het beter, de natuur naast de waterlopen herleeft, wat ook goed is voor insecten, vogels en andere soorten.
De Europese otter is een solitair, semi-aquatisch dier en dus een symbool van gezonde rivieren, beken en grachten in Vlaanderen.
De bescherming van de otter zorgt voor het in stand houden van vele andere soorten.
Het is hierdoor een soort ambassadeur voor de biodiversiteit van het Antitankgracht- en Scheldegebied, die velerlei problemen in zijn grote leefgebied blootlegt - problemen waarmee ook andere soorten geconfronteerd worden.




In het kader van het project ‘otterland’ zetten vele lokale partners de komende jaren zich in voor een beter leefgebied voor otter in de Scheldevallei en de Antitankgracht.



In onze regio is, buiten de Schelde, de Antitankgracht zowat de enige waterweg die aan de ottereisen kan voldoen én tegelijk potentiële natuurgebieden met elkaar kan verbinden. De gracht is meer dan 33 km lang, bevat water van vrij goede kwaliteit en is op de meeste plaatsen visrijk.



Daarnaast kruist de gracht tal van visrijke laaglandbeken als de Laarse Breek en het Schijn, biedt ze een natuurverbinding tussen de Benedenschelde en de valleien van de Kleine en de Grote Nete, en via de Schietvelden en de Kalmthoutse Heide ook met het Maasbekken in Nederland.

                                                                                    
De otter is een paraplusoort                

En vooral van belang zijn de talrijke rustgebieden langs zijn oevers, zoals de Opstalvallei, het Ertbrandbos, De Inslag en het Vrieselhof.

Waarom Nationale Parken?



De oprichting van nieuwe Nationale Parken heeft een dubbel doel: enerzijds de natuurlijke rijkdom van Vlaanderen versterken en beschermen en anderzijds het erfgoedbeleid, toerisme en de economische ontwikkeling in deze gebieden stimuleren.
Momenteel zijn er in Vlaanderen te weinig grote beschermde gebieden met een goede connectiviteit.
Voor de biodiversiteit is het heel belangrijk om niet alleen hier en daar kleine beschermde gebieden te hebben, maar ook grotere gebieden, waar bronpopulaties van soorten zich kunnen vestigen.
Zo creëren we echte 'hot spots' voor biodiversiteit, waar populaties kunnen groeien.

                                                                         © svov

De natuur in topconditie houden in robuuste en voldoende grote gebieden is het hoofddoel van een Nationaal Park.
Maar het label is daarbovenop een echte motor voor streekontwikkeling en trekt tal van investeringen aan.
Uit internationale studies blijkt dat elke geïnvesteerde euro minstens het tienvoud terug oplevert voor de lokale gemeenschap.
Doordat het label wereldwijd een van de sterkste merken voor toerisme is, is het ook een hefboom tot heel wat directe en indirecte jobs.
Het project rond de Kalmthoutse Heide is helaas uit de boot gevallen.



Maar GroenRand geeft niet op en zal er alles aan doen om dit toekomstig Nationaal park verder te ontwikkelen.


Geen opmerkingen:

Een reactie posten