GroenRand tevreden: afgezwakte natuurherstelwet overleeft nipt nieuwe stemming
Om niet uit de Europese boot te vallen, moest België zich gisteren voorzichtig in bochten wringen.
Met succes.
Ongeziene
taferelen in Luxemburg gisterennamiddag.
Tijdens de Europese vergadering over de Europese Natuurherstelwet richtte
Eurocommissaris voor de Green Deal Frans Timmermans zich plots in het
Nederlands tot Vlaams minister van Omgeving Zuhal Demir (N-VA).
‘We hebben vaak van gedachten gewisseld, vooral via de media’, zei hij.
‘Maar nu we samen in een kamer zitten wil ik benadrukken dat het onze bedoeling
is om rekening te houden met de specifieke situatie van België.’
Luttele
minuten eerder moest België zich nog op de vlakte houden tijdens de
veelbesproken zitting.
Het was minister Demir, die maandag nog scherp uithaalde naar Timmermans, die voor ons
land de honneurs waarnam.
In de overeengekomen Belgische verklaring gaf Demir te kennen dat ons land
constructief aan de omstreden wet wil blijven meewerken, maar dat er nog enkele
bezorgdheden zijn.
Het was een opgesmukte onthouding: geen ‘nee’, geen ‘ja’, maar wel een ‘ja,
maar’
Strategische keuze
Op het
Europese niveau bestond er gisteren meer eensgezindheid dan velen hadden
verwacht.
Gestemd werd er niet, wel gaven 20 van de 27 lidstaten informeel aan
dat ze de tekst wilden steunen – ruim voldoende.
Daarmee is de wet nog geen feit, wel vormt de tekst de basis waarmee de
lidstaten binnenkort de onderhandelingen met het Europees Parlement en de
Commissie aanvatten.
Tijdens die gesprekken kan de tekst nog grondig
veranderen.
Tegen die
achtergrond was de Belgische ‘ja-maar’-communicatie een strategische keuze.
Zonder intra-Belgische eensgezindheid hoopt ons land betrokken te blijven bij
die Europese gesprekken.
Spanningen
Maandag,
daags voor de Luxemburgse vergadering, ging het er in Brussel nog vreemd aan
toe.
Naar aanloop van dinsdag staken de gewesten en de federale overheid de koppen
bij elkaar.
Zoals steeds was het de bedoeling om een gemeenschappelijk Belgisch standpunt
te vormen.
Dat er bij zulke vergaderingen meningsverschillen bestaan tussen de gewesten en
de federale overheid, is de normaalste zaak van de wereld.
Maar dat de Vlaamse regering zélf in verspreide slagorde verscheen, was dat
niet.
Met de
stikstofcrisis vers in het geheugen waren alle Vlaamse regeringspartijen het er
lang over eens dat de voorlopige Europese wettekst te zwaar zou wegen op de
landbouw en de industrie.
Uit vrees dat onvoldoende lidstaten voor de Natuurherstelwet zouden stemmen,
wilden de Ecolo-ministers in Wallonië, Brussel en de federale regering een
Belgische onthouding of tegenstem in Europa absoluut vermijden.
Daarom waren ze met lichte tegenzin bereid om de Vlaamse vragen aan het
Europees niveau te ondersteunen.
Op die
manier boekte de regering-Jambon, gesteund door de Open VLD en de CD&V in
de federale regering, heel wat succes in Europa.
Wie de compromistekst over de Europese Natuurherstelwet erop naleest, ziet
duidelijk de passages die Vlaanderen via België heeft binnengehaald.
Zo mogen de lidstaten rekening houden met specifieke regionale situaties
wanneer ze de nationale natuurherstelprogramma’s opmaken.
Ook werd het niet-verslechteringsprincipe wat afgezwakt zodat herstelde
natuurgebieden in bepaalde gevallen toch nog een beetje achteruit mogen gaan.
Met de ‘ja, maar’ houdt België niet alleen inhoudelijk een voet tussen de deur,
maar vermijdt ons land ook een blauwtje met het oog op het Belgische
voorzitterschap van de Europese Unie in de eerste helft van 2024.
Auteur: Kamiel
Vermeylen
Geen opmerkingen:
Een reactie posten