Op 18 november zullen in de Commissie Leefmilieu vragen worden voorgelegd aan minister Jo Brouns
In de achttiende eeuw was Vlaanderen nog een aaneengesloten groene zone, met landschappen vol bomenrijen, grote en kleine bosjes, hagen en houtkanten langs wegen, percelen en erven. Deze elementen weerspiegelden hoe de mens destijds met zijn omgeving omging. Vandaag staat dit levende erfgoed opnieuw centraal vanwege de dringende noodzaak om onze leefomgeving duurzamer in te richten, de biodiversiteits- en klimaatcrisis aan te pakken en de kwaliteit van het landschap te verbeteren. Houtkanten zijn van onschatbare waarde als lijnvormige natuurverbindingen in het landschap.
Ze worden door zoogdieren, vogels, vleermuizen, amfibieën en vlinders gebruikt om zich door het landschap te verplaatsen. Deze zogenaamde stapstenen fungeren als kleine, geschikte leefgebieden die natuurgebieden met elkaar verbinden, waardoor dieren zich gemakkelijker kunnen bewegen. Ze vormen een netwerk van grotere en kleinere natuurgebieden.
Deze verbindingslijnen worden vaak doorkruist door wegen. Het aanpakken van versnippering is essentieel om ecologische verbindingen tussen natuurgebieden te herstellen, die verloren zijn gegaan door infrastructuur zoals wegen en spoorwegen. Dit maakt het mogelijk voor dieren om zich veilig te verplaatsen, voedsel en schuilplaatsen te vinden, partners te zoeken en vermindert de kans op verkeersaanrijdingen. Ontsnippering draagt zo bij aan het behoud van biodiversiteit en aan verkeersveiligheid. We hebben reeds eerder benadrukt dat veel milieuproblemen sterk verbonden zijn met ruimtelijke wanorde.
De ongecontroleerde groei van lint- en verspreide bebouwing moest via wegen bereikbaar blijven, waardoor deze wegen een onoverkomelijke barrière vormen voor planten- en diersoorten, wat leidt tot isolatie van natuurgebieden.
Van november tot december viert GroenRand haar 10-jarig bestaan en lanceert zij het Greenconnect-project, aangezien wij het essentieel vinden om meer te investeren in robuuste, veerkrachtige, connecterende en multifunctionele natuurlandschappen.
Greenconnect focust op het verbinden van natuurgebieden en het bevorderen van biodiversiteit in de Voorkempen, met specifieke aandacht voor een klimaatbestendig landschap.
Dit initiatief richt zich op het creëren van groene corridors, het herstellen van ecosystemen, het bevorderen van samenwerkingen en het organiseren van publieke activiteiten, zoals wandelingen en educatieve sessies met fotoreportages.
In september 2020 werd het Vlaams Actieprogramma Ecologische Ontsnippering (VAPEO) goedgekeurd, met wetenschappelijke ondersteuning van het Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek (INBO).
Het programma heeft tot doel natuur- en leefgebieden met elkaar te verbinden en de verkeersveiligheid op Vlaamse wegen te verbeteren voor zowel weggebruikers als overstekend wild.
Monitoring toont aan dat jaarlijks ongeveer 5 miljoen wilde dieren sterven op de wegen.
Tijdens de vorige legislatuur werd 50 miljoen euro uitgetrokken voor ontsnipperingsmaatregelen.
Voor 2025 was slechts 500.000 euro voorzien, maar een nieuw ontwerpprogramma voor 2025-2030 zou worden voorbereid in samenwerking met het departement Mobiliteit en Openbare Werken (MOW), inclusief een investeringsprogramma en protocol.
Begin 2025 zou een evaluatierapport worden opgesteld door de betrokken administraties, waarop een nieuw ontwerpinvesteringsprogramma voor 2025-2030 gebaseerd is.
We zijn benieuwd of dit programma inmiddels is goedgekeurd en of de prioriteitenlijsten en het investeringsprogramma VAPEO 2025-2030 zijn afgerond, met een focus op Europese verplichtingen en beleid rondom instandhoudingsdoelen en biodiversiteit.
Dit sluit aan bij de doelstellingen van het Masterplan Kalmthoutse Heide.
Door aanhoudend protest is echter besloten hier geen Nationaal Park te realiseren, wat spijtig is, aangezien dit een impuls zou hebben gegeven om het grootste vennen- en heidegebied van Vlaanderen te creëren.
Nu ontbreekt de financiële ondersteuning, en moet elders naar een budget worden gezocht.
De verbinding tussen het Groot en Klein Schietveld is hierbij van groot belang, omdat deze ecologische corridor essentieel is voor de biodiversiteit, het versterken van deze drie ven- en heidegebieden en het vergroten van de veerkracht van de natuur.
Een recente studie van de bureaus Hesselteer en het Departement Omgeving (Download het rapport) benadrukt de noodzaak om het Klein en Groot Schietveld beter met elkaar te verbinden, gezien hun rol binnen het Natura 2000-netwerk en de unieke habitats die cruciaal zijn voor de instandhoudingsdoelstellingen van diverse soorten.
Hoewel de prioriteit van de verbinding tussen het Groot en Klein Schietveld vanwege de urgentie is vastgesteld, blijft de financiële ondersteuning onduidelijk.
Om de barrières van de verkeersinfrastructuur te overwinnen, moeten volgens het ontwerpend onderzoek Hesselteer op beide gewestwegen voorzieningen worden aangelegd die veilige oversteekmogelijkheden voor de doelsoorten garanderen.
Mogelijke locaties voor faunapassages, zoals ecoducten en ecotunnels langs de Bredabaan en de Essensteenweg, zijn grondig wetenschappelijk onderzocht.
GroenRand wenst te vernemen welke budgetten en concrete plannen de minister heeft voorzien om de aanbevelingen uit de studie van Hesselteer (grondverwerving, ecoducten, ecotunnels, ...) te implementeren en uit te voeren.
Op pagina 77 van het Vlaams Regeerakkoord 2024-2029 staat het volgende: ‘Met het Vlaams Actieprogramma Ecologische Ontsnippering (VAPEO) verbinden we waar mogelijk onze natuurgebieden en maken we onze weg- en waterinfrastructuur veiliger voor mens en dier.
Dit gebeurt in nauwe samenwerking tussen het Departement Omgeving, het Agentschap voor Natuur en Bos en het Agentschap Wegen en Verkeer.
Daarbij richten we ons eerst op de locaties met de grootste impact.’
Het is daarom dringend noodzakelijk om voorbereidingen te treffen door essentiële gronden aan te kopen.
De verbinding van de Schietvelden is geen op zichzelf staand feit
Volgens GroenRand is er behoefte aan de oprichting van een gebiedsfonds, waarmee via beschikbare middelen en instrumenten zowel quick wins als strategische aankopen mogelijk zijn.
Het dossier van het Groot- en Klein Schietveld in Brasschaat benadrukt het belang van dergelijk gebiedsfonds.
Dit is een van de redenen waarom GroenRand dit jaar het thema Greenconnect heeft gekozen.
Het verbinden van natuurgebieden wordt als essentieel beschouwd, omdat het dieren in staat stelt te migreren tussen verschillende gebieden en zich voort te planten met soortgenoten uit andere populaties.
Dit voorkomt genetische isolatie en zorgt voor een gezonde, genetisch diverse populatie, wat cruciaal is voor hun overlevingskansen.
Na overleg met lokale overheden en andere betrokken partijen binnen het complexe project De Nieuwe Rand, is vastgesteld dat het gebied rond de Schietvelden zwaar onder druk staat.
Voor De Nieuwe Rand (klimaatgordel) is het dan ook duidelijk dat deze natuurverbinding onmisbaar is.
Alle betrokkenen, inclusief het Agentschap Natuur en Bos, zijn het hiermee eens, maar de uitdaging blijft de financiering.
GroenRand wil met het Greenconnect-project nagaan welk budget minister Jo Brouns heeft vrijgemaakt om de versnippering van natuur tegen te gaan en natuurgebieden opnieuw te verbinden.
Dit betreft niet alleen de Schietvelden, maar ook andere regio's in Vlaanderen.
Foto's : Harry van der Horst, medewerker van het Greenconnect-project