vrijdag 5 april 2024

GroenRand blijft trachten om een positief verhaal te schrijven over natuurverbindingen, maar stopt wel met 'promotie-acties'

GroenRand blijft trachten om een positief verhaal te schrijven over natuurverbindingen, maar stopt wel met 'promotie-acties'


De doelstellingen van GroenRand zijn niet uit de lucht gegrepen, maar zijn gebaseerd op eerdere studies, programma's en plannen (zie bronnen onderaan).
Na 8 jaar is GroenRand erin geslaagd om de Antitankgracht op de kaart te zetten.
Natuurpunt, Het Regionaal Landschap de Voorkempen, de betrokken gemeenten, de provincie, VMM, het Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek en ANB zetten hun schouders onder het GroenRand-project.
Door vier jaar promotie te maken, kreeg de gracht bijzonder veel aandacht bij grote organisaties.
We hopen dat het project stapsgewijs uitgevoerd en uitgewerkt wordt via de Nieuwe Rand (klimaatgordel), de Strategische Samenwerking Antitankgracht en het soortenbeschermingsprogramma van de otter.
In de Tussennota (Nieuwe Rand) hebben we een aantal adviezen geformuleerd.


                                                                           Kaartje doelstellingen van GroenRand - natuurverbindingen

Dit klimaatgordelproject kan logischerwijs verder gerealiseerd worden door de strategische samenwerking rond de Antitankgracht en het provinciaal initiatief ‘het Groen Kruis’ om te vormen tot één projectgebied (districten Deurne, Ekeren en Merksem, en de gemeenten Schilde, Brecht, Schoten, Wijnegem, Wommelgem, Ranst, Brasschaat, Kapellen, Stabroek).
De Antitankgracht is de voornaamste landschappelijke drager van de bosstructuur en beekvalleien en bezit een belangrijk erfgoedelement.


 
                                                                                                        6 maart 2020 

De Antitankgrachtgordel mag niet louter een theoretische model blijven.
Hij moet ook praktisch uitgewerkte opportuniteiten bieden om te streven naar meer ruimte voor biodiversiteit en een versterking van het ecologisch netwerk en een veerkrachtig watersysteem (natuurverbindingen /ontsnippering) .



Omdat de Antitankgracht tal van natuur- en bosgebieden raakt en in het Groen-Kruis-projectgebied verscheidene beekvalleien doorkruist, is deze gracht op ecologisch vlak van groot belang.
Door de Antitankgracht beter aan te sluiten op deze gebieden en door de ecologische waarde ervan te verhogen, kan een netwerk van natuurverbindingsgebieden uitgebouwd worden.


Samen trachten we onze betrachtingen waar te maken

Onze drie betrachtingen:

  •  1. Op 17 mei 2023 vond de Bijzondere Commissie plaats van Grenspark Kalmthoutse Heide, waarin een beslissing werd genomen over de aanvraag van het label ‘Nationaal Park Vlaanderen’ bij de Vlaamse regering.
    Tijdens de vergadering zijn de partners tot een akkoord gekomen om voorlopig geen label '
    Nationale park' aan te vragen.
    Wel is er onder de Grensparkpartners een sterke eensgezindheid over het belang van het voortbestaan van de werking en over de inhoud van het 
    Masterplan en het Operationeel Plan
     die een belangrijke basis vormt voor toekomstige samenwerkingen.
    Er moet steeds gezocht worden naar win-winsituaties en de acties moeten voortkomen uit vrijwillige samenwerking, opportuniteiten en kansen.
    Als er voldoende draagvlak is, kunnen we eventueel later overgaan tot de oprichting van een Nationaal park.



  • 2. Het soortenbeschermingsprogramma van de otter  (SBP otter) is uitgewerkt en er komt een vervolgverhaal van het SBP bever.
    Via wildcamera's wordt bekeken welke bijkomende maatregelen moeten genomen worden voor de boommarter (
    rustplaatsen en oversteekplaatsen). 
    Onze natuurvereniging gaat vanaf april 2024 er op toezien dat deze soortenbeschermingsprogramma's en doelstellingen in uitvoering worden gebracht.
  • 3. De Antitankgracht is dé blauwe draad van de klimaatgordel en is de voornaamste landschappelijke drager van de bosstructuur en beekvalleien.
    Dit hebben we duidelijk gemaakt in Alternatievenonderzoek en in de Tussennota (
    Nieuwe Rand).
We kijken terug op geslaagde acties

Om deze 3 betrachtingen kracht bij te zetten, hebben we ons project in de kijker gezet:

Archief 2020 - GroenRand droomt van een groot landschapspark en stelt 2 projecten voor

Tegengaan van versnippering en het creëren van ecologische en landschappelijke gehelen staat bij GroenRand centraal.
De bosgordel vormt een samenhangend landschap met de Antitankgracht als drager van de bos- en natuurstructuren in het gebied.
De studie van de structuurvisie en implementatieplan voor de noordelijke bosgordel rond Antwerpen heeft in het ATG-onderzoeksgebied 22 ruimtelijke boseenheden (RBE’s) afgebakend.

Terwijl de Antitankgrachtgordel het potentieel heeft om grote aaneengesloten structuren te vormen, is er nog geen uitgewerkte langetermijnvisie op niveau van de bosgordel als omvattende structuur (zie ook tussennota p.176).
We begrijpen dat het programma voor deze Antitankgrachtgordel -dat verankerd zal worden in het voorkeursbesluit- niet een gedetailleerde visie, noch het volledig kansenoverzicht van deze bosgordel kan weergeven.
We missen hier echter wel de ’steunpilaren’ en een globale visie om het startpunt te geven voor een ruimer transitietraject voor deze bos- en Antitankgrachtregio.

Streven naar een rijk visbestand (als basisvoedsel van de otter) en zuiver water is essentieel.
Om de gezondheid en voortplantingsvitaliteit van de aanwezige dieren te waarborgen, moet de polluentenload in de lokale waterlichamen worden gemonitord en aangepakt, onder andere door een sluitende controle op lozingen en afgewogen sanering van historische vervuiling van de onderwaterbodem.
Het landschapsbeheerplan geeft een hoge prioriteit aan de goede waterkwaliteit.
Lozingspunten moeten in kaart worden gebracht en gesaneerd worden. Inspoeling van nutriënten en bestrijdingsmiddelen moeten voorkomen worden.
Lozingspunten moeten op een overzichtelijke manier (kaarten) samengebracht worden.
Een belangrijk knelpunt is het gebrek aan gegevens over de kwaliteit (biotisch en abiotisch) en kwantiteit van het water in de Antitankgracht.
Er dient een actualisatie/evaluatie te gebeuren van de hydrologische studie van 2010 (aanpassen stuwen, herstel duikers, bijpassen…).
Hoever staan we hiermee? We missen hier in de Tussennota een evaluatie en een toekomstplan.

Otter
Archief 2021 - otter

Om het leefgebied van de otter te herstellen en te versterken zouden we moeten streven naar de hoogste natuurkwaliteit (beheerstype 3-4).
Volgende gebieden kunnen daarom omgevormd worden tot natuurbeheerplantype 3 of 4: De Inslag, Park De Mik, Park van Brasschaat. Peerdsbos, Mastenbos, Beersgat, Kattekesberg/Brusselse Bossen, Franse Heide, Fort en bos Ertbrand, Ravenhof, Ruige heide, het Elsenbos ( gebieden in Kapellen Brasschaat Schoten).
Voor de beheerplannen ligt momenteel de focus enerzijds op het opmaken van natuurbeheerplannen voor gebieden waar er nog geen beheerplan voor is en anderzijds op het omzetten van oude beheerplannen naar een natuurbeheerplan.
Dit laatste is een administratief verhaal om in orde te zijn met de wetgeving en gaat op voor iedereen (zowel ANB, gemeenten, Natuurpunt of private eigenaars).
Voor de natuurbeheerplannen zou in de toekomst maximaal ingezet moeten worden op type 3 en type 4.
Project Olga Otter


Het verhaal van Olga Otter vertelt over het belang van de waterkwaliteit.
Als we de waterkwaliteit vergelijken met die van de jaren 80, dan is er de afgelopen jaren veel verbetering gekomen. "We komen van ver", zegt Dirk Weyler van GroenRand.

"Er zit duidelijk minder pesticiden in de rivieren, waardoor vissen gezonder zijn en in grotere aantallen voorkomen.
En laat dat net het belangrijkste voedsel zijn voor de otters. De aanwezigheid van de otter is daarmee een maatstaf voor de staat van de natuur."

De otter verdween in de jaren tachtig uit ons landschap om vervolgens pas in 2012 weer op te duiken.
Het zou best mogelijk zijn dat er binnenkort nog meer otters zullen opdagen, al zullen dat er vermoedelijk niet veel zijn.
"Er zouden nog otters kunnen bijkomen, maar het dier heeft een heel groot leefgebied nodig. Eén otter heeft al 20 tot 40 kilometer rivierlengte nodig. Massaal veel otters zullen we in Antwerpse regio dus niet meteen kunnen huisvesten", legt Dirk Weyler uit.
Wel zullen andere dieren het voorbeeld van de otter alvast volgen. "De otter is een signaalsoort. Als het goed gaat met de otter, profiteren er ook heel wat andere dieren van. Vogels, vissen en libellen gaan zich dus vaker laten zien", vertelt hij verder.

Om de watergebonden biodiversiteit te optimaliseren zou de Antitankgracht waterhoudend moeten zijn tijdens alle seizoenen.
Specifiek moet de mogelijkheid van waterretentie en bijkomende wateraanvoer via het Kanaal Dessel-Schoten worden onderzocht.
Getracht moet worden om enerzijds de watertoevoer en -doorvoer te verbeteren en anderzijds het water voldoende te bufferen zodat droogval kan worden voorkomen en een stabiele visgemeenschap kan ontwikkeld worden. Welke planmatige stappen hier kunnen worden genomen, wordt nergens in de Tussennota vermeld.
Het is wenselijk dat de Antitankgracht op bepaalde plaatsen terug open wordt gemaakt omdat deze demping de continuïteit van de lineaire elementen doorbreekt en een ecologische barrière vormt.
Het landschapsstructurerend karakter van de Antitankgracht wordt zo teniet gedaan.

Boommarter

Archief 2022 - boommarter:




Bever

Archief 2023 - bever

Natuurgebieden maken deel uit van een ecologisch geheel: een ‘landschap’.
Daarbij dienen ook de verbindingen tussen bossen, bosranden, houtkanten en de aansluitende omgeving meegeteld worden.
Naast ontsnipperingsmaatregelen vormen natuurlijke elementen zoals houtkanten, bomenrijen, oevers van waterlopen en kleine bosjes een veilige weg voor dieren door het landschap.
Het is erg zinvol om verbindingen te creëren, onderling tussen lijnvormige elementen, maar ook met bosjes en naburige natuurterreinen, poelen en ruigtes waardoor veel soorten het cultuurlandschap kunnen gebruiken (Oosterveld et al. 2022).
De corridorfunctie van een KLE netwerk is al voor alle soortengroepen in tal van studies aangetoond.
Zo is het verbinden van bossen erg belangrijk voor heel wat soorten (vleermuizen, bevers, marterachtigen, loopkevers, florasoorten…).
Kleine Landschapselementen(KLE’s) die water verbinden ondersteunen zowel amfibieën (padden, boomkikker…), reptielen (ringslang …) als zoogdieren (bever, otter …).


Bij het streven naar biodiversiteit op landschapsschaal is het zinvol een breed gamma aan KLE’s aan te planten en verschillende beheervormen met variatie in tijdstip van beheer toe te passen.
Op deze manier kan onze gefragmenteerde natuur terug in verbinding komen te staan en kunnen we isolatie van weinig mobiele soorten wegwerken.
Geïsoleerde, kleine populaties zijn kwetsbaar voor lokaal uitsterven door toevalligheden (Hanski 1998).
Werken aan biodiversiteit op landschapsschaal vraagt kennis en inzicht in zowel de aanwezige als de gewenste plant- en diersoorten in het landschap, hun noden, bedreigingen en kansen.
Hier missen we een integrale landschapsvisie.
De Nieuwe Rand (klimaatgordel) kan streefbeelden in kaart brengen die gekoppeld zijn aan beschermde soorten.
De betrokken actoren en deskundigen moeten bekijken waar deze landschapselementen best gerealiseerd worden.
Archief 2024 - Onze GroenRand-natuur


Groene Duimen

Archief Groene Duim 2021



Archief Groene Duim 2022


Archief Groene Duim 2023


Archief Groene Duim 2024

Cleanup

Archief Cleanup 2020





Archief Cleanup 2021


Archief Cleanup 2022



Samengaan natuur en recreatie
De Nieuwe Rand kan verder zoeken naar manieren om de Antitankgracht in te zetten als ecologisch waardevolle corridor, maar ook als functionele en recreatieve route voor zachte weggebruikers.
In 2011 was er een consensus tussen alle betrokken partijen om de missing links weg te werken, het fietspad naast de Antitankgracht zou verlengd worden tot in Stabroek.
Voordeel is dat er langs heel wat toeristische attracties gefietst kan worden, mocht het fietspad doorgetrokken worden: het Vrieselhof, kinderboerderij Mikerf, Gunfire, Perron Noord, spoorfietsen, Ravenhof, de Brabantse Wal, de vele militaire forten en bunkers…
In het landschapsbeheersplan kan je lezen dat de Antitankgracht over de volledige lengte geselecteerd is als alternatieve bovenlokale fietsroute.
Naast een belangrijke natuurlijke waarde heeft de ATG ook een recreatieve waarde als wandel- en fietsas op bovenlokaal niveau.
De provincie Antwerpen, de betrokken gemeenten en het Regionaal Landschap waren destijds de initiatiefnemers voor de uitbouw van de toeristisch-recreatieve infrastructuur.
Dit zou verder uitgevoerd (verlengen tot Stabroek) moeten worden volgens het consensustracé dat opgenomen is in het rapport “Recreatieve ontsluiting Antitankgracht – Rapport Visie en Ontwerp” van 20 januari 2011, dat werd opgesteld in opdracht van Provincie Antwerpen.
We waren ook vragende partij voor nieuwe en duiderlijkere toegankelijkheidsregels op het Klein Schietveld.
Té intensieve en ongestructureerde recreatie is momenteel een probleem in de beheereenheden. Het gebied wordt namelijk doorkruist door een overvloed aan paden, wat een negatieve impact heeft op de ecologische waarden. GroenRand adviseert daarom om een duidelijk wandelnetwerk uit te werken, dat vergelijkbaar is met het grenspark Kalmthout.
Binnenkort zal een nieuw toegankelijkheidsreglement in het Klein Schietveld in voegen treden.
Recreatie zal beter gestructureerd worden.
Wandelen blijft toegestaan op de wandelpaden, fietsen kan volgens de fietsknooppunten en er zullen borden geplaatst worden voor een nieuwe ruiterroute.


Droom aan diggelen


Voorlopig komt er geen Nationaal park, maar een nieuw project zal het masterplan en het operationeel plan gebruiken om een aantal doelstellingen te verwezenlijken.
Als er voldoende draagvlak is, kunnen we later overgaan tot de oprichting van een Nationaal park.
Dat is althans het compromis dat gesloten werd door de Bijzonder commissie van het Grenspark.
De oprichting van dit nieuw project biedt de unieke kans om de belangrijke laatste grote heidegebieden en bossen ten noorden van Antwerpen – de Kalmthoutse Heide, de Brabantse Wal, het Groot en het Klein Schietveld – zijnde Natura 2000-gebieden, samen te brengen en het geheel ecologisch te versterken en verder te ontwikkelen
Een belangrijke meerwaarde schuilt in het opstarten van een samenwerkingsverband, over de grenzen heen.
Daarin zitten de lokale gemeenschap en lokale actoren mee aan het stuur om dit waardevolle open ruimtegebied en de daarin aanwezige topnatuur maximaal te beschermen, onder andere tegen de verstedelijkingsdruk waar het dagelijks door bedreigd wordt.

Verbindingen die binnen het Nationaal park voor GroenRand belangrijk zijn

De ruimtebehoefte van de gebruikers van een landschap voor onder andere landbouw, wonen en natuur hoeft niet gepaard te gaan met conflict, maar kan opgelost worden door te zoeken naar synergie tussen deze ruimtegebruikers.
Er moet steeds gezocht worden naar win-winsituaties en de acties moeten voortkomen uit vrijwillige samenwerking, opportuniteiten en kansen.
De uitdaging is de bestaande landschapskwaliteit te behouden en te versterken en tegelijk de waarde van het landschap te verhogen.
Dit kan door inrichting en beheer van waardevolle landschapselementen, maar ook via maatregelen gericht op natuurlijke plaagbestrijding en bestuiving, en het verhogen van de biodiversiteit.
De uitbreiding van het Grenspark – via dit nieuwe project- kan ook bijdragen aan de doelstellingen en verordeningen van de Europese Green Deal, zonder dat deze daarvoor verplichtingen moet opleggen van bovenaf, maar wel op basis van breed gedragen acties.
Een sterk samenwerkingsverband verenigt publieke en private eigenaars rond een langetermijnvisie en creëert de capaciteit om in te schrijven op Europese en landelijke subsidie- en ondersteuningsprojecten in functie van de realisatie van dit project.
Uiteindelijk moet die samenwerking kristalliseren in een structuur die denkt en werkt vanuit ‘kansen voor het gebied’.

Een natuurplan voor elke gemeente

Voor elke gemeente een natuurplan, dat is de ambitie waar natuurvereniging GroenRand voorstander van is.
Ons voorstel vertrekt vanuit een aantal gemeenten die hun natuurplannen samenleggen zodat er gezamenlijk 'nature-based solutions' kunnen worden uitgewerkt.
We moeten onze bos- en natuurgebieden zo veel mogelijk op elkaar laten aansluiten.
Beekvalleien, natuur- en bosgebieden mogen zich niet beperken tot geïsoleerde eilanden.
De ideale natuur bestaat uit een netwerk van grote en kleine oppervlaktes die met elkaar verbonden worden.
Om goed te kunnen functioneren heeft het samenhang nodig en moeten deze gemeentelijke natuurplannen gebundeld worden tot één geheel.
In woonparken en landbouwgebieden zullen eigenaars worden aangemoedigd om natuurlijke afsluitingen aan te planten.
Ook de beekvalleien die door deze gebieden lopen kunnen worden versterkt, een gezamenlijk vernattingsplan wordt opgesteld, bermen worden natuurlijker beheerd, akkerranden worden aangelegd …
Ook de bermen en laanbomen in de woonparken worden ingezet om bos- en natuurgebieden te verbinden.
Ook tuinen kunnen zorgen voor natuurverbindingen.




GroenRand vraagt aandacht voor gevolgen van verledding voor vleermuizen

De Antitankgracht verbindt verschillende forten in het noorden van Antwerpen waar grote aantallen vleermuizen overwinteren.
Op deze manier is deze waterloop een essentiële schakel en foerageer- en verbindingsgebied voor de vleermuispopulatie in Vlaanderen.
Vlaanderen behoort tot de meest verlichte delen van de wereld.
Door omvorming naar witte ledverlichting neemt de impact op vleermuizen toe.
Vele vleermuizen en andere nachtactieve zoogdieren zijn lichtschuw, verlichting zorgt ervoor dat ze zich moeilijker kunnen verplaatsen tussen hun verblijfplaatsen en jachtgebieden.
Felverlichte wegen vormen onoverbrugbare lichtbarrières voor vleermuizen. Gevolg: hun leef- en jachtgebied wordt door al dat licht ingrijpend versnipperd. Het is daarom cruciaal om grensoverschrijdend lichtplannen te screenen en aan te passen op de ecologisch kwetsbare zones van de Antitankgracht.
GroenRand vindt het daarom cruciaal om bij de verdere verledding van (openbare) verlichting, lichtplannen te screenen op de ecologisch kwetsbare zones van de Antitankgracht.


Groot en Klein Schietveld

De twee militaire domeinen Klein en Groot Schietveld ten oosten van de Kalmthoutse Heide verhullen grote en goed bewaarde heidegebieden.
De natte heide die er voor komt, is bij de best bewaarde in Vlaanderen en is dan ook van bijzondere waarde voor soorten als de adder en het heideblauwtje.
Ook zeldzame amfibieën en libellen vinden geschikte habitats in de Schietvelden.
Via deelruimte Antitankgracht worden deze waardevolle natuurkernen verbonden met de Kalmthoutse Heide tot een samenhangend geheel.


Dit deelgebied heeft het potentieel om uit te groeien tot een onthaalpoort voor Antwerpenaren en Kempenaars.
Binnen het project ‘De Nieuwe Rand’ werd de verbinding van de Schietvelden opgenomen als aparte onderzoeksstudie en werd kracht bij gezet door een studie van de bureaus Hesselteer.
De Nieuwe Rand heeft samen met ANB een plan van aanpak opgemaakt om de conclusies van dit rapport verder in uitvoering te brengen.
Hier kunnen we echter niets van terugvinden in het Tussenrapport.

De Schietvelden zijn nabij elkaar gelegen, maar worden momenteel van elkaar gescheiden door dwarsende verkeersinfrastructuren (Essensteenweg, Bredabaan en lokale wegen), woongebied, recreatiegebied, industriegebied en (andere vormen van) bos en natuur.
Nochtans behoren de Schietvelden beide tot het Natura 2000-netwerk en bevatten ze beide zeer zeldzame habitats, cruciaal voor de instandhoudingsdoelstellingen van diverse soorten.
De potentiële meerwaarde van een verbinding tussen beide gebieden is bijgevolg groot. 
De prioritaire uitwerking van deze actie is specifiek gekozen omwille van de urgentie.
Na overleg met lokale besturen en andere betrokken actoren binnen het complex project, is gebleken dat het tussenliggende gebied onder druk staat van bijkomende bebouwing.
Een aantal beschermde soorten binnen de Schietvelden staan daarnaast onder toenemende druk van klimaatverandering, waarbij de recente droogte een teken aan de wand is. 

Meer info:




IJveren naar subsidies






                                                                                                             Artikel
: Bode van Schoten

Zwaaikom Ranst



Lang was er sprake om de Zwaaikom te herbestemmen naar een watergebonden bedrijventerrein.
Omdat het behoud van het Europees beschermde natuurgebied Elzenbroekbos en Kapelbeek en de ontsluiting van dit terrein niet gegarandeerd konden worden, was GroenRand geen voorstander van een bedrijventerrein.
Er werden voorstellen gedaan vanuit Water-Link om in dit gebied een nieuw waterspaarbekken aan te leggen.
Dit scenario gaat uit van het behoud van het Europees beschermde Elzenbroekbos en Kapelbeek.
GroenRand en Natuurpunt konden zich vinden in dit plan.
Het spaarbekken kadert binnen de Blue Deal, het plan van de Vlaamse regering om Vlaanderen weerbaar te maken tegen droogte en waterschaarste.
Het nieuwe spaarbekken zou aan het voormalige Duwvaartdok komen en zou ongeveer 25 hectare beslaan.
De Antwerpse drinkwatermaatschappij Water-link beschikt momenteel al over drie spaarbekkens, samen goed voor zeven miljoen kubieke meter.



Slibruimingen Antitankgracht


Om optimale ecologische omstandigheden te bekomen is de huidige slibruiming belangrijk.
Met deze ruimingen wordt niet alleen voldoende diep water beoogd, maar tegelijk ook de onderwaterbodem gesaneerd en wordt het -vooral historisch- vervuild slib verwijderd.
Maar door deze slibruimingen kunnen vervuilende stoffen terug vrijkomen.
Om de mogelijke impact beter te leren kennen, wordt gepleit om de werkzaamheden ecologisch en ecotoxicologisch van nabij op te volgen. Actualisering van de meetwaarden van opgestapelde lichaamsvreemde stoffen in vis is daarom noodzakelijk.

Nieuwe ecotunnels Ontsnippering

Er is al ontzettend veel voorbereidend werk verricht en voor heel wat wegen is al onderzocht waar er knelpunten en kansen liggen.
Door oefeningen als het Vlaams Ecologisch Netwerk (VEN) en Integraal Verwevings- en Ondersteunend Netwerk (IVON) is ook bekend waar de belangrijke groene verbindingsstructuren in de Voorkempen zijn of zouden moeten komen (zes gebieden met hoge biologische waardering werden geselecteerd).

Kortom de meeste informatie is er.
Tijd om dit om te zetten in concrete plannen met een concrete timing en concreet budget.
De opmaak en uitvoering van die plannen zitten verdeeld over diverse bevoegdheden.
Het is belangrijk dat alle infrastructuurbeheerders hierin participeren.
Zo is ook een belangrijke taak weggelegd voor de lokale besturen, want er zijn ook kleine lokale infrastructuren die moeten worden aangepast.
Otters zijn door hun bijzonder grote leefgebieden extra kwetsbaar voor verkeerssterfte.
In West-Europa geldt dit als een van de belangrijkste doodsoorzaken (cf. o.a. Macdonald & Mason, 1994; Lafontaine et al., 2005).
In Vlaanderen is deze problematiek, door het dichte wegennet en de hoge verkeersdrukte, in het bijzonder aan de orde (Vercayie et al., 2012).
De technische kennis en nodige expertise om hieraan (ten dele) te verhelpen is bij de Vlaamse overheid ruim aanwezig bij het Agentschap Wegen en Verkeer (team Milieu Integratie Infrastructuur) en ook bij Natuurpunt (dieren onder de wielen).
In de praktijk kunnen vooral maatregelen worden toegepast die voorzien in een droge loopstrook of -richel onder bruggen, gecombineerd met geleidende rasters langsheen het waterlichaam of de verkeersweg (grootteorde 150 m lengte vanaf de brug).


Daarnaast kunnen ook allerlei types van onderdoorgangen en ecotunnels aangewend worden, of kan voorzien worden in speciaal daartoe aangelegde faunapassages.
Dergelijke constructies moeten een diameter hebben van minstens 40 cm.
Alternatieven kunnen er soms in bestaan de snelheid of intensiteit van het verkeer te verminderen (bv. aanbrengen van verkeersdrempels c.q. van verkeersbord ‘enkel voor aangelanden’), of een probleemsituatie letterlijk te omzeilen op landschapsschaal via landinrichtingsprojecten.
Ook de Antitankgracht kruist verschillende wegen, waaronder enkele drukke lokale en N-wegen, de E19 en het kanaal Dessel-Schoten.
Met het oog op het maximaal kansen geven aan het gebied als een (toekomstig) leef- en brongebied van de otter, is het zinvol om specifieke knelpunten in de ruimere regio met de nodige prioriteit weg te werken.
Het gebied van de Antitankgracht maakt deel uit van het Benedenscheldebekken, waar actueel langjarige otteraanwezigheid bekend is.
In 2012 en 2017 werden in de omgeving van de Antitankgracht twee verkeersslachtoffers gevonden.
In december 2017 en gespreid over 2018 kon op basis van sporen de aanwezigheid van otter een aantal keer vastgesteld worden ter hoogte van de Antitankgracht zelf.
De voorliggende waarnemingen laten vermoeden dat hier kansen zijn voor een verdere lokale ontwikkeling van een populatiekern, zeker ook in samenhang met het KBR-Sigmagebied.
Deze vaststellingen laten niet alleen toe de Antitankgracht als een potentiële verbindingsroute te beschouwen, maar op zich ook als (een deel van) een otterleefgebied te aanzien.

Concrete kostenraming en uitwerking van volgende quick wins zouden daarom prioritair moeten worden aangepakt: Kalmthoutse steenweg - Kapellen (ecotunnel, geleidingsrasters); Bredabaan - Brasschaat (ecotunnel, geleidingsrasters); Brechtsebaan - Brecht (ecotunnel, geleidingsrasters); Heidestraat-Zuid - Kapellen (ecotunnel aan ATG); Klinkaardstraat - Kapellen (ecotunnel + begeleiding); Miksebaan - Brasschaat; Ploegsebaan Brasschaat; Landschapspark E10-plas, spoorlijn Antwerpen Essen ter hoogte van Marie Goodlei en Georges Spelierlaan (Kapellen) ,.
Het voorkomen van de otter langs de Antitankgracht wordt reeds enkele jaren intensief (sinds 2017 tot op heden) opgevolgd door de vrijwilligers van Natuurpunt Antwerpen Noord & Kempen (kerngroep Natuurpunt Brasschaat).
Daarbij werd ook een analyse uitgevoerd waarbij deze prioritaire knelpunten op het traject van de Antitankgracht in detail in beeld werden gebracht.





Parking van Vrieselhof mag volgens GroenRand niet verlegd worden




Opleidingsweg Zoersel - verbinding Vliegveld Malle


GroenRand tracht de bos- en natuurgebieden ten oosten van Antwerpen te verbinden.
Dit gebied omvat de bossen in de gemeenten St-Job, Schilde, Zoersel en Ranst die aan de Antitankgracht liggen.
Het gaat dan over o.a. Driehoeksbos, het park van Halle, Vrieselhof, Gravinnenbos, Wolvenbos, het Verbrandbos, La Garenne, Rinkven…
Via de natuurverbinding van het Groot Schijn wordt de link gelegd met het Zoerselbos.
Ondertussen werd het integraal project Groot Schijn opgestart.
Met dit integraal project wordt getracht om het Groot Schijn opnieuw in te schakelen als een aaneengesloten faunaverbinding.


Dit kan door verschillende maatregelen, zoals het aanleggen van faunapassages naast de waterloop op plaatsen waar ze onder wegen gaat, het omvormen van duikers tot ecoduikers, het verbreden van oeverstroken, enzovoort.
Vanuit Zoerselbos kan tevens een belangrijke potentiële natuurverbinding gerealiseerd worden met natuurgebied 'Vliegveld Malle' (200 ha) en het erfgoedlandschap 'Herenbos, Heihuizen en Zalfen', het natuurgebied 'Zalfens Gebroekt' en de bossen rond het 'domein Blommerschot en Beulkbeemden' (600 ha).


Tot besluit

De Antitankgracht en haar oevers groeiden uit tot een nieuw landschapselement van formaat met een uitgebreide fauna en flora.
De vegetaties en beplantingen groeiden en bloeiden en de relatieve rust (en plaatselijk de onbereikbaarheid) waren onmiskenbare factoren voor de aanwezigheid van de huidige fauna- en floraelementen.
Het beschermd landschap Antitankgracht dankt zijn wetenschappelijke waarde aan de aanwezigheid van een groot aantal planten-, paddenstoelen- en diersoorten.
We moeten inzetten op een aangepast beheer waarmee het behoud en de verdere ontwikkeling van de natuur(wetenschappelijke)waarde beoogd wordt.
Het beheer moet meer structuur en diversiteit brengen in de vegetatie en een zo divers mogelijke flora en fauna nastreven.
Waardevolle elementen zoals beperkte verlandingen, verzakte oevers, … moeten behouden blijven en verder ontwikkeld worden.
Dit moet deskundiger worden opgevolgd (INBO, VMM, ANB en erfgoed…)

De doelstelling voor het erfgoed langs de Antitankgracht valt samen te vatten in vier korte zinnen: behoud het erfgoed, verfraai het erfgoed, versterk het verhaal rond het erfgoed, en vooral, verhoog de meerwaarde voor het landschap.
Aangezien het landschap natuurinclusief en klimaatrobuust moet zijn, gaat die laatste subdoelstelling ook gepaard met het streven naar ecologische inrichting en beheer.
Lijnvormig erfgoed zoals de Antitankgracht kan daarom ingezet worden als groene of blauwe corridor en krijgt op die manier ook ecologische en recreatieve waarde.
Het militairbouwkundig monument groeide verder uit tot een natuurwetenschappelijk en esthetisch waardevol geheel, een apart natuurgebied.
Het beheer moet gericht zijn op het creëren van een optimale toestand voor de otter (doelstellingen soortenbeschermingsprogramma) en voor de winterverblijfplaatsen (forten, bunkers) van vleermuizen.
De Antitankgracht is een belangrijk foerageer- en verbindingsgebied voor vele soorten vleermuizen (watervleermuis, gewone dwergvleermuis, ruige dwergvleermuis, rosse vleermuis, laatvlieger, ...).

De Antitankgracht is volgens de Nieuwe Rand dé drager van een robuuste bosstructuur langs vrijwel de volledige regio.
Langs de gracht zijn zeer waardevolle bos- en heidecomplexen gelegen, zoals het Ertbrandbos/Mastenbos, de oude gracht Brasschaat en het Klein en Groot Schietveld.
Naast een belangrijke bosverbinding vormt de Antitankgracht ook een verbindende structuur voor natte natuur.
De Antitankgracht kruist meerdere beekvalleien en eindigt in waardevolle wetlands; de Opstalvallei in de Antwerpse Haven in het noorden, zuidwaarts sluit de Antitankgracht aan op het Albertkanaal ter hoogte van de zeer waardevolle Tappelbeekvallei.
Door deze verbindende functie en het goede visbestand heeft de gracht een grote potentie als leefgebied of verbindingsgebied voor de otter, een bijzondere toppredator die recent Vlaanderen  opnieuw koloniseert.
Daarbij is het van belang migratieknelpunten langs de gracht weg te werken en de bosrand- en oeverstructuur te versterken als corridor voor verschillende soorten.



GroenRand stopt met (promotie)acties en verwacht van de overheid een praktische uitwerking

GroenRand heeft genoeg 'reclame' gemaakt, we stoppen daarom met (promotie)acties.
Wel blijven we toezien dat het project door de overheid praktisch wordt uitgewerkt.
Gezien de Antitankgracht dé drager is van de klimaatgordel (inclusief de beekvalleien) en  gans de bosgordel rond Antwerpen, verdient dit de aanbeveling om gedetailleerder, diepgaander en nauwgezetter in te zoomen op knelpunten en opportuniteiten.
Het klimaatgordelprogramma zal dus uit verschillende concrete elementen moeten bestaan, gaande van beleidsinstrumenten, engagementen tot coalitievorming en samenwerking, financiering, detailonderzoeken tot concrete projecten en acties.
De elementen die deel uitmaken van het programma voor de klimaatgordel zullen ook deel uitmaken van het voorkeursbesluit en gefinancierd en uitgevoerd worden via het complex project, maar dan zal het belangrijk zijn dat een aantal algemeenheden geconcretiseerd en beter uitgewerkt worden.

Wat is de Nieuwe Rand en de Tussennota?
Meer info:
 https://drive.google.com/file/d/1GXrJAZ6fpBr_xtp2718Wytf57-VyjYTH/view?usp=sharing

Onze kritiek: het gaat veel over de wegeninfrastructuur, té weinig over het boekdeel 'klimaatgordel'.

Bronnen:

soortenbeschermingsprogramma otter,
advies over de inrichting en het beheer van de Antitankgracht,
structuurvisie en implementatieplan voor de noordelijke bosgordel,
landschapsbeheerplan, structuurplannen (gemeentelijke, provinciale en Vlaamse), Gebiedsspecifieke acties voor het Benedenscheldebekken,
Bekkenvoortgangsrapport Benedenschelde,
aanvraag gebiedsdeal droogte 1,
Natuurpunt,
Recreatieve ontsluiting Antitankgracht Rapport Visie en Ontwerp (consensustracé), Masterplan en Operationeel plan Grenspark Kalmthoutse Heide.
Natuurplan Schilde


Geen opmerkingen:

Een reactie posten