woensdag 7 augustus 2024

GroenRand vraagt objectief onderzoek om voor- en tegenargumenten van Nationaal park te beoordelen

GroenRand vraagt objectief onderzoek om voor- en tegenargumenten van Nationaal park te beoordelen

Wereldwijd zijn er ongeveer 1.842 beschermde Nationale parken.
Europa telt zo'n 500 Nationale parken, elk met een uniek karakter en schitterende natuur.
Het idee van een Nationaal park ontstond in de Verenigde Staten.
Daar verwijst een Nationaal park naar een groot, door de federale overheid beschermd en afgebakend gebied.
Het eerste park, Yellowstone National park, opgericht in 1872, werd een voorbeeld voor andere parken.
In 2006 werd het Nationaal park Hoge Kempen in de provincie Limburg geopend, hoewel er in Vlaanderen geen decreet was dat de criteria voor erkenning als Nationaal park specificeerde.
Officieel was het dus geen Nationaal park, maar informeel werd het wel als zodanig beschouwd.
De plannen voor de kandidaat Nationale parken werden beoordeeld door een commissie van binnen- en buitenlandse experts onder leiding van de heer Geert Noels.
Het advies werd aan de Vlaamse Regering voorgelegd, die op 13 oktober 2023 vier Nationale parken erkende: Bosland, Brabantse Wouden, Scheldevallei en als vierde, Park Hoge Kempen, dat nu ook officieel de status van Nationaal park heeft gekregen.
Het Grenspark De Zoom-Kalmthoutse Heide is sinds 2001 een grensoverschrijdend natuurgebied tussen de Nederlandse provincie Noord-Brabant en de provincie Antwerpen. Alleen in Nederland heeft het Grenspark de status van Nationaal park.
Dat is op zichzelf al een vreemd gegeven.
De eerste Nationale parken in Nederland waren Veluwezoom (1930) en De Hoge Veluwe (1935).
De totstandkoming van Nationale parken in Vlaanderen (de lancering vond pas plaats in 2021) verliep erg traag en ondervond aanzienlijke tegenstand, in tegenstelling tot het vlottere proces in vele andere Europese landen. 

GroenRand blijft voorstander Nationaal park

Het initiatief voor de Vlaamse parken startte in april 2021.
De ministers van Omgeving en Toerisme, Zuhal Demir, en van Onroerend Erfgoed, Matthias Diependaele, deden een oproep voor kandidaat-parken, conform de afspraken in het Regeerakkoord.
De Vlaamse parken ontvangen aanzienlijke financiële ondersteuning.
Landschapsparken hebben een jaarlijks budget van 489.000 euro, terwijl Nationale parken jaarlijks 608.000 euro ontvangen.
Bovendien is er voor de komende jaren een robuust investeringsbudget beschikbaar voor alle parken.
De oprichting van een Nationaal park biedt in de Voorkempen een unieke kans om de laatste grote heidegebieden en bossen ten noorden van Antwerpen – zoals de Kalmthoutse Heide, de Brabantse Wal, en zowel het Groot als het Klein Schietveld, die deel uitmaken van de Natura 2000-gebieden – samen te voegen.
Helaas zullen we geen financiële steun ontvangen die ons in staat stelt dit project ecologisch te versterken en verder te ontwikkelen.
Daarom blijft GroenRand een fervent en enthousiast voorstander van de oprichting van een Nationaal park in de Voorkempen. 

Geen landbouwgrond of private gronden nodig


Dit parkinitiatief zou kunnen ontstaan vanuit het huidige Grenspark Kalmthoutse Heide, dat 6147 hectare beslaat, en de bestaande grensoverschrijdende samenwerking.
Er is een groeiperspectief voor het Nationaal park Kalmthoutse Heide, zowel naar het noorden (De Zoom en Markiezaat) als naar het zuiden (via de Antitankgracht naar aangrenzende bos- en natuurgebieden).
Deze afbakening beantwoordt aan de criteria van het ontwerpdecreet over Vlaamse parken en algemene landschapszorg, goedgekeurd door de Vlaamse Regering op 23 december 2022.
Artikel 6 specificeert dat een grensoverschrijdend Nationaal park moet beschikken over een natuurkern van minimaal 5000 hectare, waarbij binnen 24 jaar (planhorizon 2048) een natuurkern van 5000 hectare binnen het Vlaamse Gewest gerealiseerd moet zijn.
Er zijn dus geen landbouwgronden of private gronden nodig om dit project te realiseren.

Het finale dossier was een complex proces


Voor de Nationale parken heeft de Kalmthoutse Heide uiteindelijk geen erkenningsdossier ingediend.
Een van de belangrijkste kritiekpunten was dat het beleid werd uitgevoerd voordat er een wettelijk kader aanwezig was.
De aanvraagdossiers moesten voor 31 mei ingediend zijn, terwijl het decreet betreffende de parken pas op 8 juni door het parlement goedgekeurd werd.
Het project is gestart zonder dat er heldere richtlijnen waren opgesteld voor gemeenten, grondeigenaren, boeren en de industrie.
De Vlaamse regering had de implementatie al ingezet voordat de regels definitief waren vastgesteld.
Na meerdere rondes van overleg en wijzigingen is het decreet nu definitief vastgesteld.
De Vlaamse regering garandeert in het decreet dat de landbouw en grondeigenaren niet negatief beïnvloed zullen worden door de aanleg van Nationale parken.
De initiële ontwikkeling van een natuurkern van minimaal 5.000 hectare, die uiteindelijk zal uitbreiden tot 10.000 hectare, zal hierbij geen hinder vormen.
Ondanks dat heeft GroenRand vastgesteld dat lokale boeren en grondeigenaren slechts beperkte steun bieden aan Nationale parken.
De plannen hebben felle kritiek ontvangen van landbouwers die vreesden landbouwgrond te verliezen, ondanks dat het masterplan zeer duidelijk vermeldt dat dit niet het geval zal zijn.

Pauze voor draagvlak

Verschillende gemeentebesturen hebben, door diverse onzekerheden en een gebrek aan draagvlak, aangedrongen op een pauze om de harmonie en het wederzijds begrip tussen alle betrokken partijen te versterken.
Het uitstellen van de datum via een tweede, latere oproep biedt alle betrokkenen de nodige ruimte om een positieve bijdrage te leveren aan het parkproject, op voorwaarde dat er concrete stappen worden gezet om de verhoudingen tussen de diverse stakeholders te versterken.
"Draagvlak" is essentieel, maar wordt vaak ten onrechte als excuus gebruikt om voorstellen zonder geldige reden af te wijzen. 
Door te lang te wachten, riskeren we miljoenen euro's aan subsidies mis te lopen die bedoeld zijn om de natuur te versterken.
Zonder financiering kunnen het Masterplan en het Operationeel Plan niet worden uitgevoerd. 

Groenrand verwacht tweede oproep


GroenRand  ziet het als vanzelfsprekend dat er in de toekomst een nieuwe uitnodiging zal komen voor een tweede oproep, zodat het Vlaamse parkenbeleid op een samenhangende wijze voortgezet kan worden.
In de tussentijd moet er echter gewerkt worden aan het opbouwen van het zogenaamde draagvlak.
Alle betrokken partijen waren voornemens de samenwerking in 2024 voort te zetten en een solide fundament te leggen.
De vraag is hoe de gemeenten Kalmthout, Wuustwezel, Essen, Kapellen, Brasschaat, Brecht en Stabroek deze zoektocht naar een balans tussen de belangen van de partners zullen bevorderen.
Hoe zullen de gemeenten een speciale inspanning doen om de communicatie te verbeteren en om effectief samen te werken met en tussen de verschillende belanghebbenden, met name met de verschillende partners en eigenaren in de diverse gebieden?
GroenRand is van mening dat enkel een neutrale entiteit zoals een universiteit dit proces kan uitwerken en objectiveren.

De spanning tussen natuurbeheerders en landbouwers dient te worden opgelost


De spanning tussen natuurbeheerders en landbouwers heeft momenteel een hoogtepunt bereikt, vergelijkbaar met een loopgravenoorlog, wat een constructieve dialoog lijkt te verhinderen.
Echter, door samenwerking en respect voor elkaars methoden, kunnen we significante vooruitgang boeken voor zowel natuurbehoud als landbouw.
Gebiedsgerichte samenwerking bevordert het wederzijds begrip van doelstellingen en streeft naar het versterken van de synergie tussen landbouw en natuur.
GroenRand streeft naar een objectieve beoordeling van het huidige verzet en bezorgheden en wil de geldigheid van de argumenten van zowel voor- als tegenstanders laten evalueren.
Een universiteit of een andere neutrale organisatie zou onderzoek kunnen doen naar deze kwestie.
Gemeenten en provincie kunnen bijdragen aan het opstarten van dit objectief onderzoek om onpartijdigheid te garanderen en weerstand te bieden tegen de invloed en druk van belangenverenigingen.
Als burgervereniging willen we benadrukken dat we niet de expertise hebben om volledig op de hoogte te zijn van alle details van het dossier en de juistheid van de voor- en tegenargumenten.

Nobel doelstelling maar geeft toch spanningen


De Vlaamse provincies hebben in hun ruimtelijke structuurplannen natuurverbindingsgebieden en gebieden met ecologische infrastructuur van bovenlokaal belang vastgesteld.

Deze gebieden zijn essentieel voor de migratie van fauna en flora tussen de zones van het Vlaams Ecologisch Netwerk en gebieden die rijk zijn aan kleine landschapselementen.
GroenRand onderstreept het belang van robuuste, multifunctionele netwerken die diverse landschapsfuncties integreren en streeft ernaar het landschap en de natuur in de Voorkempen met elkaar te verbinden.
Onze burgerbeweging ziet Vlaamse parken als een middel om dit doel te verwezenlijken.

Op het eerste gezicht lijkt dit een nobele doelstelling, aangezien het een basis vormt voor het beleid en de ambities van zowel de huidige als de voorgaande Vlaamse Regeringen.
De Vlaamse regering streeft simpelweg naar meer uniformiteit in het beheer en behoud van de Vlaamse natuur en het landschap, om fragmentatie tegen te gaan.
Het gefragmenteerde Vlaamse landschap heeft een significante impact op onze levenskwaliteit, waterbeheer en biodiversiteit.
Een Nationaal park is niet zozeer een regulerend initiatief, maar eerder een stimulerende kracht en legt geen extra wettelijke verplichtingen of beperkingen op.
Echter, tijdens de uitvoering bleek het niet zo eenvoudig, en er werden diverse legitieme en ongegronde redenen aangevoerd om het project te ondermijnen of te stimuleren.
Dossiers zoals het stikstofdossier, het mestactieplan en de natuurherstelwet zijn ten onrechte op één hoop gegooid, hoewel ze losstaan van het Nationaal park.
We konden het overzicht niet meer behouden.
Er werd hevige kritiek geuit op de aanpak, met beweringen van onvoldoende inspraak.
Maar is dat wel zo?

Meer tijd en meer zorgvuldigheid


Volgens de provincie en enkele gemeenten was het nog niet het juiste moment.
Gedeputeerde Jan De Haes stelde voor om de kandidatuur uit te stellen tot een meer latere gelegenheid.
Het zou onmogelijk zijn om voor de gestelde deadline steun te krijgen van alle besturen, privé-eigenaren en landbouwers.
Er bestaat wel een verlangen om in de komende jaren door te gaan met het opbouwen van een solide basis.
Dit komt echter niet vanzelf tot stand.
Er is niet gespecificeerd hoe dit gerealiseerd zal worden.
De situatie escaleerde en er werd nepnieuws verspreid, wat zeer nadelig was voor de samenwerking.
Het is essentieel om het dossier zorgvuldig vanaf de grond opnieuw op te bouwen, te beginnen met het verifiëren van de geldigheid en nauwkeurigheid van de voor- en tegenargumenten.
Alleen met een helder beeld kunnen we streven naar een gezamenlijke visie, doelstelling en draagvlak.
Het aantonen van de meerwaarde van klimaatadaptatie, een gezonde bodem, waterbeheer, recreatieve waarde en verbindingen tussen natuurgebieden helpt bij het vinden van een gemeenschappelijk belang.
Deze ecosysteemdiensten zijn voordelig voor diverse soorten, maar ook voor mensen en boeren, en vormen zo geen extra last maar een verbindende factor die verschillende bestaande Vlaamse beleidsdoelen samenbrengt.
GroenRand doet een oproep aan Burgemeesters en Schepencolleges via een open brief en informeert naar
www.noordernieuws.be
We schreven een open brief naar de betrokken gemeentebesturen en hoopten dat we zo meer inzicht zouden krijgen hoe gemeenten van plan zijn om deze samenwerkingen systematisch weer op te bouwen.
Het lijkt erop dat het dossier in de ijskast is beland, vandaar ons initiatief om het weer onder de aandacht te brengen.
Het Masterplan biedt een uitgebreide en gedetailleerde uitleg.
Hoewel de gegevens zuiver en toegankelijk zijn, blijven er spanningen rondom het dossier bestaan, wat de noodzaak van een objectief onderzoek onderstreept.
Daarom vragen wij om steun van de provincie en de betrokken gemeenten voor een analyse die de argumenten van zowel voorstanders als tegenstanders onpartijdig beoordeelt, om zo onjuiste redeneringen en argumentaties uit te sluiten.
Vervolgens kan de communicatie op een correcte, open en eerlijke wijze opnieuw worden opgestart.
We stellen voor dat de (toekomstige) Vlaamse Regering de tweede oproep uitstelt tot twee à drie jaar later, om zo voldoende tijd te garanderen voor zowel het onpartijdige onderzoek als de implementatie ervan.

Foto's: Mark Mertens - medewerker van 'Onze GroenRand-natuur'

Geen opmerkingen:

Een reactie posten